Nieuwsbrief 4-2005
Omhoog Nieuwsbrief-1-2005 Nieuwsbrief-2-2005 Nieuwsbrief 3-2005 Nieuwsbrief 4-2005 Nieuwsbrief 5-2005 Nieuwsbrief-6-2005 Nieuwsbrief 7-2005 Nieuwsbrief-8-2005

GrassRoots, projecten voor samenwerkend leren via internet (deel 2)

Het GrassRoots programma helpt docenten met het integreren van ict in hun lessen en leerlingen met het zelf op het internet zetten van innovatieve leerprojecten. Ze moeten passen in het lesprogramma, aanzetten tot leeractiviteiten, resulteren in een voor iedereen toegankelijke website. Daar schort het voor de meeste vakken van het voortgezet onderwijs aan. Dit blijkt ook uit het evaluatieonderzoek van het Kohnstamm Instituut van de universiteit van Amsterdam.

De GrassRoots staan op het adres www.grassroots.nl met op de openingspagina een wervende tekst om vooral mee te doen. Wie zich aanmeldt krijgt voor zijn projectidee een beloning ter waarde van 500 euro. In Nieuwsbrief 3 besprak ik de in mijn ogen bruikbare projecten voor de vakken wiskunde, aardrijkskunde, geschiedenis en staatsinrichting, nederlands en frans. Hieronder volgen de overige vakken van het voortgezet onderwijs.

Engels
Voor deze taal staan 130 projecten in de lijst. Het eerste met de titel Invent an Englishman heeft een aantrekkelijke opzet: ‘Samen met leerlingen van de eerste klas (B-stroom) een Engelsman/vrouw bedenken. Inhoud: Met behulp van internet zoeken de leerlingen in groepjes van twee informatie over Engelse namen, uiterlijk (typisch Engelse kleding en verzorging), hobby's (typisch Engelse sporten of hobby's), school/kinderen (onderwijs in Engeland). Klik je op de titel, dan krijg je het hele ingediende projectvoorstel te zien. Het is in 2002 uitgevoerd door Carien Admiraal van scholengemeenschap Twickel in Hengelo. Het project is oproepbaar. Na een korte inleiding door deze docente over haar aanpak, kunnen de bezoekers kennis nemen van het werk van enkele leerlingen van haar klas. Sommigen waren zo enthousiast dat ze voorstelden om thuis op de computer verder te werken aan hun ‘Engelsman’.
Er staan meer aardige na te volgen projecten bij zoals die van leerlingen van scholengemeenschap St. Canisius, die onder de titel ‘Sightseeing in Almelo in hun stad een rondrit maken en aan de hand van foto's en beschrijvingen van de bezienswaardigheden daarvan in het Engels verslag doen.
Scholengemeenschap Marianum in Groenlo laat onder de projecttitel
Interculturele uitwisseling en communicatie de leerlingen communiceren met hun leeftijdgenoten in Italië, Duitsland, Zweden, België, Tsjechië en Denemarken. Het doel daarvan is de voorbereiding van een uitwisseling. Samen met hun Zweedse en Italiaanse leeftijdgenoten werken de leerlingen aan waterprojecten, biodiversiteit en diverse culturele onderwerpen. Hoewel als einddatum van het project juni 2004 staat vermeld, mag ik aannemen, dat de met elkaar verbonden scholen hiermee gewoon doorgaan.
Op de website van het project Kids on the Globe kunnen de bezoekers zien hoe de leerlingen zich voorstellen: We are pupils from 3V4 at the Titusbrandsmacollege, a secondary school in Dordrecht, the Netherlands.
This year we have mailed to pupils from different countries all over the world. We wrote about ourselves, school, hobbies, sports, friends and the way we live. We are interested in how pupils of our own age, in other parts of the world live and what's going on in their lives. They also spend a great part of their days at school, so we asked them what an ordinary schoolday looked like. They told us something about their teachers and what they do after schooltime. Reacties hebben deze leerlingen al van scholen uit Amerika, India, Indonesië en Australië.
Zo zijn er meer projecten te vinden in de database voortgezet onderwijs en Engels. Maar ook hier weer moet de bezoeker soms vanaf doodlopende koppelingen terug naar het projectvoorstel van een school zonder te kunnen zien wat dit in de praktijk voorstelt.

Duits
Voor deze taal staan 37 projecten in de database. Klas 2G1 van scholengemeenschap De Grundel in Hengelo heeft werkstukken gemaakt over bekende Duitsers. Zoals blijkt uit de titel ‘Beste Duitsers’ komen niet alle Duitsers aan bod.
’In het kader van het handelingsdeel kennis van land en volk maken de leerlingen individueel een werkstuk over belangrijke personen uit de Duitse geschiedenis. Deze werkstukken worden door de leerlingen van een aansprekende lay-out en navigatie voorzien en op het net geplaatst’.
Ook afkomstig van scholengemeenschap De Grundel in Hengelo is de door leerlingen gebouwde website met als onderwerp Duitslandkunde. Hier vindt de bezoeker allerlei culturele, historische en toeristische informatie over locaties in het Duitse taalgebied die interessant zijn om te bezoeken. Overschrijven van Duitstalige websites kan niet, want de beschrijvingen zijn in het Nederlands.

Spaans
Hier staat één project in de database, maar dat is voor Engels.

Natuur- en Scheikunde
Er staan 88 projecten in de database voor het voortgezet onderwijs. Soms hoort dit combivak thuis bij ANW, zoals het project Wel en wee met CO2 van enkele leerlingen uit 4 havo van het Bonhoeffer college in Enschede. Ze beschrijven hun project als volgt: 'De verhoogde uitstoot van CO2 is één van vele factoren die bijdragen aan een mogelijke klimaatverandering. Deze factoren worden in dit project stuk voor stuk uitgediept en waar mogelijk met elkaar in verband gebracht. Door de verschillende modellen te vergelijken komen leerlingen en lezer tot een gefundeerde mening t.a.v. de bijdrage van de CO2 - uitstoot aan het broeikaseffect en de klimaatveranderingen, naast andere mogelijke factoren. De webpagina's van de leerlingen bevatten eigen tekst en links naar geschikte, illustratieve sites op internet. (Het geheel paste als eindopdracht bij het hoofdstuk 'Leven op Aarde" van de ANW-methode Solar)'. Dit voltooide ook voor andere leerlingen leerzame project is rechtstreeks te bereiken op de website van de school op http://www.bc-enschede.nl/wgrassroots/. Daar staan trouwens nog meer voor andere vakken uitgevoerde GrassRoots projecten en deze website is dus zeker een bezoek waard.
Helaas zijn de meeste van de andere projecten in de lijst, die mij wel interessant leken, of niet te vinden of ze behoren tot een andere sector of een ander vak, zoals Techniek.

 Biologie
Voor dit vak staan 106 projecten voor het voortgezet onderwijs geregistreerd. Een goed voorbeeld van praktijkgericht onderzoek is te vinden in het project van vijf meisjes uit de brugklas van Helicon opleidingen: Suikerziekte (diabetes mellitus) wat is dat? De groep heeft dit onderwerp gekozen vanwege de suikerziekte van de grootvader van Mariolein.
Scholengemeenschap St Canisius in Almelo
heeft een hele serie Grassroots-projecten en wel voor 3 Havo/Vwo. Ze zijn alle de moeite van het bekijken waard en kunnen bij Biologie als lesmateriaal worden ingezet. 

 

 Genetische manipulatie

Genetische manipulatie
Gemanipuleerde rijst
Gemanipuleerde mais
Sojabonen
Genetisch manipulatie
Aids
Genetische modificatie
Stier Herman
Gemanipuleerde tomaat
Ouder worden

Gentherapie
Gouden rijst
Gemanipuleerde mais
Voedseltekort
Borstkanker
Gentherapie Kanker
Genetische aardappel
Gentomaat
Mais
Manipulatie tomaat

 

 Afvalverwerking

Afval op school en gemeente
Afvalverwerking Almelo
Oud papier
Zwerfafval
Afval o.a. in Dinkelland
Zwerfafval

 

Op de website van de school http://www.canisius.nl/ zijn voor verschillende vakken, afdelingen en klassen nog meer afgeronde GrassRoots te vinden. Maar net als bij de andere vakken zijn niet alle gepubliceerde projecten voor anderen bruikbaar. In de lijst van biologie vind je ook projecten voor andere sectoren en vakken, zoals voor verzorging.

Aanmelden
Onder de knop aanmelden kun je kiezen tussen GrassRoots algemeen en GrassRoots cultuur. Beide hebben ze eigen locaties met digitale formulieren voor het aanmelden van een project. Uit het overzicht van de door de minister aangewezen locaties blijkt dat alle sectoren van het Nederlandse onderwijs vertegenwoordigd zijn. Voor de algemene projecten staat in de lijst de landelijk opererende AVS (Algemene Vereniging van Schoolleiders voor het primaire onderwijs). Op de locatie BVE-Breed kunnen alle ROC’s hun projecten aanmelden. Het hoger onderwijs heeft eigen locaties, zoals EFA (de lerarenopleiding van de universiteit van Amsterdam), Fontys hogeschool, INHolland en de Stichting Surf, die het GrassRoots-pilotproject coördineert voor de Vrije Universiteit Amsterdam, de Hogeschool Zuyd en de Rijks Universiteit Groningen. In de database kom je voor veel vakken de 15 scholen tegen, die vallen onder het schoolbestuur van de stichting Carmel die een eigen locatie kreeg toegewezen. Verder zijn er nog stedelijke locaties zoals Almere en den Haag, de regionaal werkende ICT-Noord, en Town, die midden Brabant bedient. De lijst wordt afgesloten met de locaties met namen als: Groenonderwijs(V)MBO, Keiwijs en Sizo.
Al deze locaties helpen de bezoekers niet alleen met het aanmelden van hun projecten, maar plaatsen op hun websites ook de daar ingeleverde en onderscheiden GrassRoots projecten.

Evaluatieonderzoek
Het SCO-Kohnstamm Instituut van de universiteit van Amsterdam heeft in april 2004 een Evaluatie-onderzoek 'GrassRoots in Nederland' gepubliceerd. Het hele rapport in .pdf is te vinden op: http://www.han.nl/restyle/shpo/content/Leren_met_ICT.xml_dir/evaluatiegrassroots.pdf.
In hoofdstuk 2.1 vergelijken de onderzoekers de GrassRoots in Canada met die in Nederland en komen tot de conclusie: 'de Canadese benadering lijkt te verschillen van de wijze waarop in Nederland het GrassRoots programma is geïntroduceerd en geïmplementeerd. Men dient in Canada in vergelijking tot Nederland aan duidelijker criteria te voldoen, waaronder een aantal onderwijskundige, is de beoordeling strikter maar de beloning gevarieerder, zijn leerlingen meer betrokken, staat samenwerking meer centraal, en behoren websites die ook voor anderen bruikbaar en leerzaam zijn tot de belangrijkste producten’. Uit de informatie leren we dat ‘GrassRoots Canadese leraren in basis- en voortgezet onderwijs in staat stelt om in samenwerking met hun eigen leerlingen en soms ook met andere scholen innovatieve projecten met ict te ontwikkelen. Er is een duidelijke focus op daadwerkelijke integratie van ict in het onderwijsleerproces in combinatie met onderwijsvernieuwing en effecten op het leren van de leerlingen. In Canada worden voorstellen daartoe beoordeeld aan de hand van zogeheten ‘rubrics’, rubrieken of categorieën met criteria. Naarmate een project complexer en completer is kan men meer financiering krijgen, die overigens achteraf wordt toegekend’.

Wat is een goed project?
Deze vraag hebben de onderzoekers als volgt geprobeerd te beantwoorden: 'een belangrijke vraag was uiteraard: wanneer vinden we een GrassRoot geslaagd? Welke criteria kunnen we daarvoor hanteren? In het licht van het drempelverlagende doel van de maatregel, zou je kunnen zeggen dat elk project dat een leerervaring in het gebruik van ict, liefst een positieve leerervaring, oplevert voor de uitvoerende leraar, een goed project is. Vooraf zijn geen inhoudelijke eisen gesteld aan de projecten. De GrassRoots zijn echter ook uitdrukkelijk bedoeld om het educatief gebruik van ict te bevorderen. Het is dan ook relevant te bekijken in hoeverre de GrassRoots het daadwerkelijke gebruik van ict in het primaire proces betreffen en daarin worden geïntegreerd. Het gebruik van ict in het onderwijs wordt niet alleen gestimuleerd om de leerlingen te leren omgaan met de media- en ict-toepassingen van vandaag de dag, er wordt van ict ook een bijdrage verwacht aan de innovatie van het onderwijs in de richting van flexibeler, meer op maat van de individuele leerlingen gesneden onderwijs. ‘Ict is niet langer een doel op zich maar een middel om andere doelen zoals kwalitatief goed onderwijs en de aansluiting van het onderwijs op de kennissamenleving te realiseren’, zo staat in het jongste ict-beleidsplan van OCenW (OCenW, 2003). Een criterium is dan ook in hoeverre de GrassRoots vervangend of juist vernieuwend zijn: wordt hetzelfde gedaan als eerst, maar nu met ict, of worden er met de inzet van ict ook vernieuwende elementen in het onderwijs ingebracht'?
De onderzoekers constateren dat in Canada de eis wordt gesteld dat de websites met de projecten ook voor anderen bruikbaar en leerzaam moeten zijn. Daar schort het in Nederland behoorlijk aan. De database is vervuild met projecten, die in het rijtje van het gekozen vak niet thuis horen of eindigen op een dood spoor. Als de locaties van GrassRoots de scholen, die de prijs in ontvangst hebben genomen, zouden verplichten om hun beloonde inzendingen per vak gesorteerd voor andere scholen beschikbaar te houden, dan zou het rendement voor de vakcollega’s en hun leerlingen groter zijn. Voor de meeste vakken is de opbrengst aan inzetbaar vanaf het internet te downloaden lesmateriaal nogal aan de magere kant. OC&W zou er goed aan doen om strengere eisen te stellen aan de beloonde projecten door deze ook nog eens per vakgebied door didactisch geschoolden van de expertisecentra of de universiteiten te laten beoordelen.


© John Daniëls stuur een bericht aan het bureau LT