WebQuests: zelfstandig, gestructureerd leren op Internet
'Een WebQuest is een educatieve speurtocht voor zelfstandig werkende leerlingen waarbij bronnen op het Internet gebruikt worden. Het ontwikkelen van WebQuests is een uitdaging voor de moderne cyberdocent' (bron: http://www.onderwijsweb.com/index.html).
De WebQuest Page
Het Onderwijsweb leidt de bezoeker verder naar http://webquest.sdsu.edu/ met de mededeling: 'er is geen beter startpunt om over WebQuests te leren dan The WebQuest Page, die onder auspiciën staat van de Amerikaanse bedenkers van WebQuests: Tom March en Bernie Dodge'. Daarvandaan kun je klikkend alles te weten komen over deze nieuwe ster aan het onderwijsfirmament.
In een artikel geschreven door Bernie Dodge met de titel Some Thoughts About WebQuests wordt duidelijk gemaakt aan welke eisen dit onderwijsmateriaal moet voldoen. Kenmerkend voor dit door WebQuests mogelijk gemaakte nieuwe leren is Dodge's volkomen terechte uitspraak: WebQuests are deliberately designed to make the best use of a learners's time. Vervolgens stelt hij dat leerlingen niet het Net op moeten gaan en surfen zonder dat ze een duidelijke taak voor ogen staat. Om die reden moeten scholen ook de toegestane Internettijd van hun leerlingen drastisch beperken. WebQuests beogen dan ook de efficiency en de duidelijkheid van het leerdoel te vergroten. Deze worden bereikt door in elke WebQuest de volgende cruciale onderdelen op te nemen:
Wie na lezing van dit artikel een aantal WebQuests gaat bekijken, zal zien dat de zes hierboven onderstreepte woorden voor een groot deel in de Amerikaanse WebQuests voorkomen. Het zijn achtereenvolgens de door Bernie Dodge in de lijst met cruciale onderdelen dik gedrukte woorden:
Het opnemen van deze onderdelen is ook een voorwaarde om je WebQuest op de website van de heren March en Dodge opgenomen te krijgen. Deze laatste doet nog een paar belangrijke aanbevelingen aan de ontwerpers van WebQuests zoals:
A WebQuest about WebQuests
Op het adres
http://webquest.sdsu.edu/materials.html
geeft Bernie Dodge veel informatie. Hij doet dat in de Middle School/High School
Version onder de titel; 'A WebQuest about WebQuests'. In deze rondgang kun je
leren hoe een goede WebQuest zich onderscheidt van een slechte en hoe je ze moet
maken.
Dodge werkt uiteraard het
hierboven staande voor de WebQuest kenmerkende lijstje van zes punten af. Na de
'Introduction' volgt de 'The Task'. Daarin moet groepsgewijs een aantal 'web-based
lessons' worden geanalyseerd en moeten de cursisten aangeven wat de beste en de
slechtste zijn. Daarna volgen in 'Resources' de 5 te bestuderen WebQuests. In
het volgende zeer belangrijke onderdeel 'The Process' moet elke deelnemer van
een groepje van vier één van de volgende rollen op zich nemen:
Na deze ronde moeten de
deelnemers aan deze WebQuest individueel de in 'Resources' opgegeven WebQuests
in niet langer dan tien minuten bestuderen en op de beschikbaar gestelde
werkbladen noteren wat de reactie zou kunnen zijn van de persoon wiens rol hij
speelt. Daarna keren de deelnemers terug naar de 'Task' om antwoord te geven op
de vraag wat ze, afhankelijk van hun rol, de beste of de slechtste WebQuest
vinden. Deze gegevens worden uitgewisseld, waarbij, ondanks de verschillende
gezichtspunten, een consensus moet worden gevonden gebaseerd op het principe:
wat is het best voor de leerling. Eén van de groepsleden maakt een verslag van
de discussie zodat in een bijeenkomst van alle groepen andere standpunten over
de onderzochte WebQuests kunnen worden vernomen.
Tenslotte, zoals dat hoort
in een WebQuest, de 'Conclusion': Na dit onderzoek heb je een beter uitgangspunt
gekregen om zelf aan het werk te gaan, of in de woorden van Dodge: 'The best
WebQuest is yet to be written. It might be yours!
De WebQuest matrix
De Engelstalige WebQuests
waarvan er honderden zijn, staan in de 'Matrix of Examples' in
http://webquest.sdsu.edu/matrix.html
en zijn ingedeeld in de volgende 7 niveaus:
Kindergarten -
3rd Grade, 4th Grade - 5th Grade, Middle School, High School, Adult / College.
In elk niveau kan per vak naar geschikte
WebQuests worden gezocht.
Ze zijn zeer geschikt om te
worden gecombineerd met het verplichte schoolvak Engels. Zo snijdt het zwaard
dan aan twee kanten. Bovendien bevatten WebQuests uitstekend lesmateriaal voor
het studiehuis met zijn zelfstandig werkende leerlingen.
Dat de meeste tot nu toe
gepubliceerde WebQuests Engelstalig zijn, moet eerder als een voordeel worden
gezien, dan als een probleem. Als er ook nog WebQuests zijn of komen in de
andere schooltalen, dan leren de leerlingen door de WebQuest-activiteiten ook
nog eens wat taal buiten het vaklokaal van de talenleraar.
Ik ben natuurlijk op zoek
gegaan in de WebQuest matrix naar speciale WebQuests bestemd voor het mvto. Want
talen zijn tenslotte ook vakken die geleerd moeten worden. Om die reden heeft
Bernie Dodge in zijn reeds genoemde Matrix ook de rubriek 'foreign languages'
opgenomen. Maar bij alle niveaus vond ik in die rubriek slechts twee WebQuests
die iets met een andere taal dan Engels hadden te maken, één voor Frans en één
voor Spaans.
Frans
'Un jour à Paris'. Het Frans op het portaal doet vermoeden dat de hele WebQuest in de doeltaal is geschreven, maar dat is helaas niet het geval. Wel zijn de bronnen die de leerlingen moeten raadplegen Franstalig. De leerlingen krijgen als taak een reis naar Parijs voor te bereiden door antwoord te geven op de vraag: Si vous alliez à Paris, où est-ce que vous iriez et qu'-est-ce que vous feriez? De opzet is dat ze hierbij een grammaticale structuur oefenen en wel de conditionnel. Hoewel deze praktische oefening natuurlijk motiverender is voor de leerlingen dan het vertalen van een aantal niet-samenhangende 'zou'-zinnen, ligt het reisje naar Parijs toch in een verder verschiet dan de niet zozeer op een grammaticaregel gebaseerde opdracht: als je naar Parijs gaat, waar ga je dan heen en wat ga je daar dan doen?
Spaans
Deze WebQuest is afkomstig van het National Museum of Natural History en lijkt me eerder geschreven voor Spaanstalige Amerikanen dan ten behoeve van het onderwijs Spaans. Er zijn n.l. gewoon twee versies: één in het Engels en één in het Spaans. Dat neemt natuurlijk niet weg dat de Spaanse versie goede diensten kan bewijzen in de Spaanse les.
De titel is 'Yerbas y
Remedios' en in de 'Introduction' wordt uitgelegd dat vroeger bij ziekte planten
werden gebruikt in plaats van de huidige medicijnen. Deze laatste geven vaak
zulke nare bijverschijnselen dat we ons zijn gaan realiseren hoe belangrijk het
is de wijsheid van primitieve volken te bestuderen en hun gebruik van medicinale
planten.
In 'the Task' worden de
leerlingen gefeliciteerd, ze zijn n.l. geselecteerd als 'Ethnobotanists', 'Ethnographers',
'Botanists' en 'Curators' van het National Museum of Natural History. Net als in
de hierboven reeds beschreven 'A WebQuest about WebQuests' van Bernie Dodge
worden de deelnemers in de aangegeven vier groepen verdeeld met elk een eigen
rol. Elke groep krijgt een paar opdrachten die eerst moeten worden uitgevoerd.
Op basis daarvan moet rapport worden uitgebracht aan het museum. Ook de daarna
volgende onderdelen 'The Process, Resources, Conclusion', zijn geheel conform de
kenmerken van een goede WebQuest zoals gedefinieerd door March en Dodge.
Deze tweetalige uitstekende
WebQuest zou heel goed als model kunnen dienen voor dergelijke musea in andere
landen waarvan dan die talen als instructie- en doeltaal worden gebruikt.
Duits
Voor Duits kunnen we voor
een WebQuest in eigen land terecht en wel op
http://www.euronet.nl/users/pnc/webquest/,
de Website van Thomas Peters, werkzaam bij de SLO. De titel van zijn WebQuest
luidt 'Berlinbesuch' en is geheel Duitstalig. Het is een eenvoudige sobere
WebQuest zonder toeters en bellen, die daardoor duidelijk maakt hoe je met
eenvoudige middelen toch een goede WebQuest kunt maken. Zoals in de 'Schülerseite'
meteen al is te zien volgt Thomas Peters met zijn 'Einleitung', 'Aufgabe', 'Prozess'
en 'Evaluierung' geheel de voorgeschreven indeling van March en Dodge. In de
Inleiding staat een kort bericht uit Trouw over de kunstenaar Erik van Lieshout
die een jaar in Berlijn wil gaan werken omdat de uitstraling van die stad hem
trekt. Nou, dat willen de leerlingen van Peters ook wel! Dan moeten ze ook zelf
maar hun reis voorbereiden. De opgave is dan ook in ongeveer 125 woorden en met
minstens twee afbeeldingen de klas enthousiast te maken voor deze reis.
Vervolgens kunnen de
leerlingen in het 'Prozess' kiezen uit een gestructureerde opgave waarin de te
bezoeken websites en de vragen vastliggen of uit een vrijere opgave die wat meer
tijd kost, maar die de leerlingen ook de mogelijkheid biedt om hun eigen
belangstelling te volgen. In de gestructureerde opgave moeten de leerlingen
vervolgens negen websites bezoeken waar ze allerlei informatie moeten vinden
over Berlijn, ook een jeugdherberg moeten zoeken, een school, een museum, een
toneelvoorstelling en 'eine Party die dir toll scheint'. In de vrijere opgave
wordt wel een paar websites gegeven, maar ligt het programma niet vast.
Nederlandse WebQuests
Natuurlijk moet de vraag
gesteld worden: is de WebQuest een louter Amerikaanse aangelegenheid? Nee, er is
ook in ons land al enige beweging in die richting waar te nemen. Onder het
kopje: WebQuests bij www.leren.nl,
staat te lezen:
'Leren.nl houdt een overzicht van
interessante WebQuests bij. Vergeet vooral niet JOUW WebQuest bij hen aan te
melden!' Het adres is:
http://www.leren.nl/rubriek/computers_en_internet/internetten/webquests/, maar WebQuests ten behoeve van het mvto staan er niet bij.
Wie een WebQuest-cursus wil
volgen kan terecht bij de Fontys Hogeschool op het adres:
http://www.fontys.nl/lt/na/projecte/webquest/webquest.htm. Vandaar wordt de bezoeker
ook doorverwezen naar de reeds in het Nederlands beschikbare WebQuests op
http://www.fontys.nl/lt/na/projecte/webnet/index.htm.
Er staan er vier: twee short term WebQuests over respectievelijk 'Duiken' en
'Natuurkunde in de sport' en twee long term WebQuests over respectievelijk
'Onweer' en 'Alternatieve energiebronnen'. Maar ook daar nog geen melding van op
het talenonderwijs gerichte WebQuests.
Projectaanvraag
Vanuit het Platform ICT van het Nationaal Actie Bureau MVT is eind mei 2000 een projectaanvraag verstuurd naar het Proces Management ICT van OC&W. Daarin wordt een voorstel gedaan voor het opzetten van een website met WebQuests voor het moderne vreemde talenonderwijs. In dit project dat onder leiding komt te staan van de SLO wordt ook deelgenomen door IVLOS, VU en CINOP. Zodra dit project is goedgekeurd en er begonnen wordt met de ontwikkeling van de WebQuest-website, zal ik de lezers van LTM daarover berichten.
Levende Talen Magazine, januari 2001