NIEUWSBRIEF 8-2000
Omhoog
Overhoren? Dat kunnen de leerlingen zich zelf ook!
Met het auteursprogramma 'Overhoren' van EFKA-Soft, http://home.wxs.nl/~efkasoft/overhoor.html ontwikkeld door F.K. Bisschop, dat gratis aan scholen ter beschikking wordt gesteld, kunnen leraren overhoringen maken bij de door hun gebruikte methoden. Al deze overhoringen kunnen naar EFKA-Soft worden gemaild waarna ze gratis ter beschikking staan van medegebruikers van de betreffende methode. Maar ook leerlingen kunnen al vanaf de basisschool hun eigen overhoorprogramma schrijven en gebruiken. Zo simpel is deze voor dat doel ontwikkelde software.
De overhoorlijsten
In het programma kunnen voor alle vakken overhoringen worden geschreven. De auteurs sturen de door hun gemaakte bijdragen naar EFKA-Soft. Deze voegt de programma's toe aan de overhoorlijst waar ze klikklaar gratis voor de collega's zijn te downloaden. Op het moment dat ik EFKA-Soft bezocht waren er alleen al voor de Moderne Vreemde Talen meer dan 150 overhoringen geschreven.
Zoals te zien op de afbeelding van de overhoorlijst, staat
in de eerste kolom allerlei aan te klikken informatie over het programma en over
de overhoorlijsten. In de rubriek Diversen staan nog enkele overhoringen voor
Aardrijkskunde, Bijbel, Politiek, Rekenen, Biologie, Geschiedenis, Chinees,
Fries, Scheikunde en Spaans.
In de tabel staan achtereenvolgens de datum van aanlevering, de beschrijving van
het vak en het overhoorde onderdeel daarvan en door wie deze is gemaakt.
Tenslotte de gecomprimeerde overhoring waarbij ook nog de omvang is aangegeven.
Docenten kunnen zelf de bij hun lessen passende overhoringen ophalen of dat
gewoon door de leerlingen laten doen op het moment dat ze daar aan toe zijn.
Nadat de opgehaalde overhoring is uitgepakt, wordt deze als tekstbestand in
Kladblok van Windows opgeslagen. Als de overhoring in het programma wordt
geladen, wordt automatisch de extensie .ohw toegevoegd zodat het programma de
overhoring herkent en opent als de gebruiker er om vraagt.
EFKA-Soft roept vanaf deze website gebruikers op om zelf ook overhoringen in te
sturen, zodat de lijst groeit.
Het programma
Belangstellenden kunnen 3 verschillende versies van het
overhoorprogramma gratis ophalen en wel één voor DOS van 77 KB, één voor Windows
3.1 van 380 KB en één voor Windows 95/98 van 471 KB. Het downloaden is een
kwestie van een paar minuten. Dat komt omdat 'Overhoren' een bijzonder simpel
programma is waarvan auteursdeel en leerlingendeel hetzelfde zijn in plaats van
twee aparte programma's, zoals meestal bij auteursprogramma's het geval is. Dit
maakt het programma ook zeer gebruikersvriendelijk. Een korte overhoring maken,
vooral één van woordjes, is minutenwerk.
Ik typte meteen na installatie, direct op het sobere openingsscherm, zonder na
te denken in de kolom 'Vraag': 'de tafel'. Na 'enter' stond de cursor in de
kolom 'Antwoord', waarin ik 'la table' typte. Weer 'enter', de cursor vloog weer
naar 'Vraag' waaronder ik 'de stoel' typte en daaronder uiteraard 'la chaise'.
Vraag en antwoord komen netjes in twee kolommen te staan om te wachten tot er
een leerling langskomt die deze woorden overhoord wil hebben of die deze zelf
typt om zich daarna door het programma te laten overhoren.
Meer dan het eenmalig invullen van woordjes en de vertaling
daarvan, hoeft niet te worden gedaan. Het programma maakt automatisch de
vervolgschermen. Of het antwoord dat de leerling geeft goed of fout is, hoeft
ook niet te worden aangegeven, want het antwoord dat bij een vraag is getypt,
wordt aangemerkt als het goede antwoord.
In het rolmenu onder de knop 'Opties' kan de gebruiker met een vinkje aangeven
dat het programma soepel moet omgaan met spel- of typefouten. Eveneens kan met
een vinkje worden aangegeven of de leerlingen net zolang de foute antwoorden
moeten overdoen totdat het goede antwoord wordt gegeven, hetgeen een verstandige
keus zou zijn. Tenslotte kan met één vinkje worden besloten om vraag en antwoord
om te keren, zodat vocabulaire bijvoorbeeld eerst receptief wordt overhoord en
daarna productief. Ook dat is voor vocabulaire uit onderbouwmethoden geen
slechte optie.
Wanneer er voldoende overhoormateriaal is geschreven, dan kan er meteen
overhoord worden. De leerling heeft daarbij de keus uit drie knoppen, die vanaf
het begin in de statusbalk zichtbaar zijn. Die bieden toegang tot de drie
overhoormogelijkheden: 'training', 'meerkeuze' en 'invuloefening'. De keus is
aan de leerlingen. Zelf zou ik de leerlingen aanbevelen om voor de talen alle
drie de overhoormogelijkheden te benutten en wel in de volgorde: 'meerkeuze',
'training' en 'invullen'.
Training
Bij opening verschijnt in het vraagscherm het eerste woordje.
De leerling kijkt alleen maar of hij dat woordje kent. Of dat nu wel of niet het geval is, doet er niet toe, want bij de volgende handeling moet hij toetsen op de knop 'Antwoord tonen'. Dan verschijnt het goede antwoord. De leerling kijkt of dit de zelfde betekenis is die hij aan het woordje heeft toegedacht. Vervolgens moet de leerling kiezen uit de 2 mogelijkheden die hem geboden worden n.l. 'dat antwoord is goed' of 'dat antwoord is fout'. Kiest hij fout, dan krijgt hij het goede antwoord nog even te zien om het in te prenten. Kiest hij de knop met 'dat antwoord is goed', dan krijgt hij ook dit goede antwoord te zien, waarna hij via de tabtoets verder kan gaan. Want in de lijst staan alleen de goede antwoorden en deze worden ook steeds getoond. Daarom beseffen de leerlingen al heel snel dat ze niet hoeven te toetsen op de knop 'het antwoord is fout'. Dus zou deze knop net zo goed weg kunnen blijven en dat geldt dan ook voor de knop met 'dat antwoord is goed'.
Meerkeuze
Zoals bij de vorige oefening werken de leerlingen ook bij deze de ingevoerde woordenlijst af, maar nu moeten de leerlingen het goede antwoord uit vier andere woorden uit de lijst kiezen. Het goede antwoord gaat gepaard met een groene balk, het foute met een rode. Pas na aanklikken van het goede antwoord verschijnt dit in de antwoordbox en kan de leerling verdergaan. De drie foute antwoorden worden automatisch uit de lijst gekozen en bij het goede antwoord gezet. Dat is wel een tijdbesparende optie, want de maker hoeft geen foute antwoorden te bedenken en te typen, maar dat heeft wel tot gevolg dat de drie bij een vraag geplaatste foute antwoorden uit de lijst soms geen goed alternatief zijn voor het goede antwoord. Bij Geschiedenis en Scheikunde laat ik daarvan een voorbeeld zien.
Invullen
Invuloefeningen, de z.g. 'short answer questions' van de
meeste auteursprogramma's, zijn altijd de meest lastige om te ontwikkelen, omdat
de schrijver natuurlijk alle mogelijke als goed te beoordelen invullingen moet
voorzien. Dat kan bij sommige woorden oplopen tot een variant of tien. Om die
reden heeft de ontwerper van het programma een kleine tolerantie ingebouwd voor
kleine typefouten waarvoor kan worden gekozen in het optie-rolmenu. Als je dat
doet, dan gebeurt er het volgende: bij het goede antwoord verschijnt een groene
balk, bij het foute antwoord een rode en bij het antwoord met een typfout
bijvoorbeeld het vergeten van een accent, verschijnt een gele balk. Is de fout
ernstiger, dan verschijnt de rode foutbalk.
Wanneer eenmaal het goede of foute antwoord is getypt en met een 'enter'
bezegeld, dan volgt daarop in beide gevallen meteen het goede antwoord. Want
snelheid is geboden, de klok tikt mee. Bij deze overhooroefening kan de leerling
nog beschikken over een knop met 'ik weet het niet'. Als hij daarop klikt,
krijgt hij, zoals bij het toetsen op de 'enter', het goede antwoord te zien om
dat in te prenten. Daarna drukt hij op de tabtoets en kan hij proberen het
antwoord dat hij net heeft gezien, alsnog correct te typen. Deze
overhoormogelijkheid is natuurlijk vooral nuttig voor het vreemde talenonderwijs
waar leerlingen ook nog moeten leren om woorden goed te spellen.
Ook hier wreekt zich echter het uitgangspunt van één vraag en één goed antwoord
voor de drie overhoormogelijkheden. Wie een vraag typt en daaraan een lang
antwoord toevoegt, heeft bij 'training' en 'meerkeuze' geen probleem, maar wel
bij de invuloefening.
De controle
In de drie overhoorschermen draait, zoals te zien op de afbeeldingen, bovenin een cijferindicator mee die loopt van 1 tot 10. Onderin het scherm vinden de leerlingen bij elke vraag de verstreken tijd en hun tot dan behaalde score. Aan het eind van de oefening wordt zelfs het eindcijfer in een statistiekje met toelichting getoond.
Enkele vakken
Bij de Vreemde Talen liggen overhoringen van woordjes en grammatica voor de hand, bij Rekenen zijn natuurlijk alle sommen mogelijk, bij Aardrijkskunde zal topografie wel een populair item zijn, waarbij ook landen en hoofdsteden kunnen worden omgekeerd en op deze wijze ingeprent. Laten we eens bij een paar andere vakken van de rubriek Diversen kijken wat er al zo voorhanden is.
Biologie
De opgehaalde overhoring was bestemd voor de brugklas en ging over het hoofdstuk 'bloemen, vruchten en zaden'. De maker hiervan is zich er niet goed van bewust dat bij alle vragen de leerlingen ook de derde opdracht 'invullen' moeten kunnen kiezen. Als 'training' en als 'meerkeuze' levert de vraag 'Wat is bevruchting?' en het uitgebreide goede antwoord: 'Het versmelten van de kern van een mannelijk geslachtsdeel met de kern van een vrouwelijke geslachtscel' natuurlijk geen probleem op, maar dezelfde vraag moet ook voluit opgeschreven worden bij 'invullen' en die handeling brengt natuurlijk geen leerling op bij een tikkende klok. Bovendien levert een iets andere op zich niet foute formulering een dijk van een fout op. Nog daargelaten dat ik dit als goed bestempelde antwoord nooit zou kiezen als ik net van alles heb moeten leren over bloemen, vruchten en zaden.
Geschiedenis
Voor dit vak was een overhoring opgenomen uit 'Sporen' vbo/mavo, deel 1 (WN). De overhoring betrof de 'Prehistorie'. Ook bij dit vak is de auteur zich er niet van bewust dat de vragen zo gesteld moeten worden dat de antwoorden kort en eenduidig zijn. Zoals te zien op de afbeelding is het antwoord C te lang en zelfs al nemen de leerlingen de tijd om dit lange antwoord in te prenten en daarna te typen, dan is er toch nog het risico van een foutmelding. Als dit vaak gebeurt, dan zullen de leerlingen, wat de invuloefeningen betreft, zeker afhaken.
Zoals al eerder gezegd, hoeven de drie afleiders in de 'meerkeuze' niet door de auteur te worden geschreven, maar worden deze ad random door het programma gekozen. Dat levert onzin-antwoorden op zoals blijkt uit het volgende voorbeeld:
Vraag: Sinds wanneer zijn er boeren in Nederland?
A . 5000 v Chr.
B. Als je goed weet hoe iets werkt en het ook handig kunt gebruiken
C. Voor slechte tijden (mislukte oogst) 2. Als zaaigoed voor volgend jaar
D. Sporen die bestudeerd kunnen worden om iets te weten te komen.
Scheikunde
Voor Scheikunde was er een functionele overhoring van de 'Elementen'. Alleen maar een woord en de afkorting daarvan, waarbij ook de omdraaiing van vraag en antwoord zinvol is. Maar ook hier weer het eerder geschetste probleem bij de 'meerkeuze'. Terwijl ik me van de elementen uit mijn eigen schoolperiode nog maar enkele herinner, maakte ik bij de meerkeuze-overhoring geen enkele fout. Niemand, denk ik, als je naar het volgende voorbeeld kijkt:
Vraag: Wat is XE?
A. Aluminium
B. Xenon
C. Osmium
D. Praeseodymicum
Conclusie
Bij de beoordeling van dit programma moet je er rekening
mee houden dat dit een simpel en gratis ter beschikking van de scholen gesteld
overhoorprogramma beoogt te zijn. Bij het schrijven moet je dus al met bepaalde
beperkingen rekening houden. Zo moeten altijd de antwoorden uit niet meer dan
één woord bestaan, dit vanwege de invuloverhoring. Verder moet ten behoeve van
de 'meerkeuze' waarbij steeds drie goede antwoorden van andere vragen worden
gebruikt, een overhoorlijst altijd bestaan uit op elkaar afgestemde vragen. Bij
Geschiedenis bijvoorbeeld kunnen tien vragen 'In welk jaar vond dit of dat
plaats' alleen maar leiden tot tien jaartallen die in de 'meerkeuze' niet tot
onzin leiden en ook nog snel zijn in te vullen. Zo zullen voor alle vakken zeker
allerlei vragen zijn te bedenken die van hetzelfde type zijn en met één woord
zijn te beantwoorden. Dit vraagt meer inspanning van de vragensteller dan nodig
is voor een woordjesoverhoring. Het is daarom niet verwonderlijk dat deze in de
overhoorlijsten ver in de meerderheid zijn.
De populariteit van EFKA-Soft zal mede te danken zijn aan de mogelijkheid die
leerlingen hebben om in dit programma zelf een eigen woordenlijst aan te leggen
en om deze regelmatig aan te vullen. Hiermee bereiken de talendocenten eigenlijk
hetzelfde als wat vroeger het bekende woordjesschrift was. Voor de andere vakken
zullen er ook wel soortgelijke opties zijn die met dit programma kunnen worden
gerealiseerd.
De werkwijze van dit overhoorprogramma is er duidelijk op gericht om zowel
docenten als leerlingen in staat te stellen om even snel te controleren wat de
leerlingen van de lessen hebben geleerd en onthouden en dat is eigenlijk de
belangrijkste reden waarom dit gratis programma op elke school op de computers
moet staan.
Handboek Studiehuis, december 2000