Microsoft Learning Gateway: commerciële digitale werkomgeving met veel ruis
'Microsoft Learning Gateway is een veilige structuur voor het combineren van e-Learning-oplossingen in een beveiligde online omgeving. Het gebruik verbetert de communicatie tussen leerkrachten, medewerkers, leerlingen en ouders en zorgt daarnaast voor minder administratie. Leerlingen en studenten zijn in staat om op nieuwe manieren samen te werken en zich uit te drukken', zo luidt de wervende inleiding op de website van de Learning Gateway. Dit programma is als samenwerkingsproject in 2005 ontwikkeld door Microsoft en het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum. KPN zorgt voor de hosting. Microsoft en projectbureaus als Codenaam Future en Wortell bieden hun diensten aan voor de installatie van de Learning Gateway op de schoolcomputers. Desondanks vind je op de website van Microsoft, maar ook op die van de projectbureaus nauwelijks concrete toepassingen voor in de vaklokalen.
Learning Gateway
Op de website van het
Algemeen Pedagogisch Studiecentrum, afdeling IT diensten http://www.apsitdiensten.nl/
vind ik onder het kopje Microsoft Participatie de mededeling dat er te weinig
reacties zijn gekomen op de ‘Microsoft participatie-vraag’. Bij onvoldoende
belangstelling kan het APS de huidige prijsvoorstellen niet garanderen.
Verdere informatie ontbreekt, zodat ik moet aannemen dat het APS niet meer
participeert in de Learning Gateway.
Op de website van Microsoft is wel veel informatie te vinden. Op de pagina van
het voortgezet onderwijs
www.microsoft.com/netherlands/onderwijs/learninggateway/default.aspx onder
het kopje 'Leerkrachten en leerlingen' staat de mededeling dat de Learning
Gateway voordelen biedt voor beide groepen. Deze worden daaronder ook
genoemd:
Na het lezen van deze wervende inleiding, ben ik op zoek gegaan naar scholen waar de docenten de Microsoft Learning Gateway hebben ingezet ten behoeve van de aangekondigde ‘flexibele oplossing voor een individuele stijl van leren van de leerlingen’. In het linkerframe van de genoemde webpagina staan de volgende vier rubrieken:
ICT-beheer
Leerlingen en ouders
Deze onderwijsinstellingen verbeterden de kwaliteit van hun onderwijs
Van deze vier rubrieken lijken me de eerste en de laatste het meest rijk aan informatie voor docenten. Op de bij Leerkrachten ondergebrachte pagina Tips en trucs staan de tips en trucs in het gebruik van de Microsoft producten: Encarta Winkler Prins, MSN, PowerPoint, SharePoint Portal Server, Windows XP, Office, Word en Excel. De laatste rubriek met de titel Deze onderwijsinstellingen verbeterden de kwaliteit van hun onderwijs is natuurlijk veelbelovend en een bezoek aan de genoemde scholen waard.
1.
Christelijk College Nassau-Veluwe
De samenwerking van deze
havo/vwo school in Harderwijk met het projectbureau Codename Future.
leidde tot 'de ontwikkeling van nieuwe, vakoverstijgende methoden voor
leerlingen’. Op de website
http://www.codenamefuture.nl/ maakt dit bureau het uitgangspunt bekend met
de aansprekende slogan:
Er volgt ook uitleg:
'De Nieuwe Uitgever’ ontwikkelt op een unieke wijze
inspirerend lesmateriaal voor het onderwijs. Dit bieden wij aan via een
aantrekkelijke (digitale) werkplek: de Workspace. Deze leeromgeving is zo
ingericht dat modern onderwijs wordt ondersteund. De overkoepelende methode van
Codename Future zorgt ervoor dat jongeren zich naast kennis, voornamelijk
vaardigheden eigen maken'. Dit soort wervende teksten maakt me altijd erg
nieuwsgierig naar de concrete invulling ervan.
Bezoekers hebben de
keus uit drie knoppen bestemd voor leerlingen, docenten en opdrachtgevers.
Ik begin als leerling en word getrakteerd op de voor de jongerenmarkt bestemde
flash met enkele klikmogelijkheden. De fun speelt daarbij een grote rol
met allerlei niet educatieve spelletjes.
De leerlingen
moeten ook kunnen luisteren naar hun geliefde zenders Radio 538, 3 FM en
Skyradio. Codenaam Future verbindt ze door. De leerlingen kunnen er ook hun
digitale agenda bijhouden. Onder de koppeling website vinden ze een
project van de Nationale Jeugdraad en Codenaam Future. Er is een prijs te winnen
als ze de beste actieplannen presenteren om de toekomst van Nederland te
verbeteren. Een niet onaardige buitenschoolse activiteit. Maar voor de
leerlingen is er op de website van het projectbureau geen leeromgeving te vinden
om echt aan het werk te gaan voor één of meer van hun vakken.
Docenten die hun lessen via een elo willen aanbieden, krijgen van Codenaam
Future ook niet wat ze zoeken.
Voor de klassen 1 en 2 zijn er lesdossiers met thema's, die volgens het bureau
aansluiten op het leerboek of dat zelfs vervangen. Dat blijkt niet uit de
beschreven opdrachten zoals een interview houden, een kledingstuk ontwerpen en
een maaltijd bereiden.
Voor de bovenbouw biedt het projectbureau
dossiers in vier sectoren. De dossiers behandelen
onderwerpen als verkeersveiligheid, veilig vrijen, ruimtelijke ordening en
dierproeven. Per dossier kan de leerling kiezen uit vier onderzoeksvragen. Voor
welke vakken de leerlingen dit onderzoek moeten doen, blijft onvermeld.
Misschien vindt Codenaam de traditionele vakken ook wel overbodig, want:‘de
lesmaterialen zijn toegesneden op de interesses van
jongeren; zij behoren namelijk tot de
generatie knip & plak die heel goed weet dat de maatschappij maakbaar is. Ze
creëren een eigen werkelijkheid en willen meer zeggenschap over en
verantwoordelijkheid voor hun eigen opvoeding’.
Veel docenten zullen hun leerlingen niet herkennen in deze beschrijving. Knip
& plak jongeren trouwens knippen delen uit verschillende internetdocumenten
die ze aan elkaar plakken. Ze zien het resultaat daarvan meestal als eigen werk
waarvoor ze een goed cijfer kunnen halen.
Maar het projectbureau biedt scholen met veel geld nog veel meer.
De kosten
De opdrachtgevers willen natuurlijk de kosten
weten van alles wat dit bureau uit naam van de Learning Gateway te bieden heeft.
Met de Future poll kan Codename Future een stelling aan alle
leerlingen voorleggen. De uitslag daarvan is al binnen 24 uur beschikbaar.
Kosten:
€ 1000
per stelling.
Jongerenpanels zijn voor Codename Future een manier om inzicht te krijgen in wat
jongeren beweegt. Een jongerenpanel is een bijeenkomst, waar gedurende 2 tot 3
uur een groep van 6 tot 8 jongeren zich over een bepaald onderwerp buigt. Een
jongerenpanel kost €
4.000.
Projecten met onderzoeksdossiers en actieplannen kosten
€ 5.000 per onderzoeksdossier.
Een digitale hangplek is ‘een
plek waar school en vrije tijd, werk en fun naast elkaar bestaan'. De hangplek
kent allerlei thema's waaraan de leerlingen moeten werken en die elk zijn
ondergebracht bij een ministerie. De inzet van de digitale hangplek kost €
15.000 in het eerste jaar en €10.000 voor vervolgjaren.
De leerlingen kunnen met hun ouders
in gesprek gaan. Ze krijgen daarvoor een vragenlijst en mogelijke onderwerpen. De
inzet van een oudermodule kost
€ 10.000.
Al met al lijkt me Codenaam Future niet erg gericht op het traditionele
vakonderwijs. Bij maatschappijleer kun je natuurlijk wel al de hierboven
vermelde projectmatige onderdelen kwijt. De vraag is alleen of scholen daarvoor
die hoge prijs willen betalen. Ik denk dat Microsoft en Codenaam Future zich dan
ook meer richten op scholen die het Nieuwe Leren hebben omarmd, dan de wat
traditioneler scholen met vaklokalen en lessen van 50 minuten.
Vanaf de genoemde Microsoft website kan ik klikken op de bij
externe links geplaatste koppeling
http://www.ccnv.nl/. Dit is de website van het
Christelijk College Nassau-Veluwe. Ik heb bij alle vakken gekeken, vond daar
allerlei websites waar de leerlingen iets zouden kunnen leren, maar geen
Learning Gateway van Microsoft en geen project van Codenaam Future.
2
OVO Haarlem
Net zoals bij het
Christelijk College Nassau-Veluwe kom je met de klik op OVO Haarlem terecht
op de website van Microsoft
http://www.microsoft.com/netherlands/referenties/ovohaarlem.aspx. Daarom
lijken de gegevens op beide sites erg veel op elkaar. Ook hier komen een
ict-deskundige van de school en een vertegenwoordiger van een projectbureau aan
het woord.
OVO staat voor Openbaar Voortgezet Onderwijs Haarlem en is een
samenwerkingsverband dat voor de gemeente Haarlem het openbaar onderwijs
bestuurt. Het gaat om een zevental scholen verspreid over tien vestigingen met
in totaal zo’n 500 docenten en medewerkers en 3800 studenten.
Albert Strijker, directeur bedrijfsvoering OVO Haarlem:
'één van de taken is het creëren en beheren van een gemeenschappelijke ICT-infrastructuur. Elke school beschikte over een zelfstandig server-park met
bijbehorende werkplekken en een eigen netwerkinfrastructuur. Deze omgevingen
waren zeer heterogeen. Enkele waren gebaseerd op Novell, terwijl andere draaiden
op verschillende Windows Server-versies. Daarnaast had een aantal scholen ook
Linux-machines in het netwerk hangen. Dat maakte het beheer gecompliceerd omdat
er voor drie platforms kennis in de organisatie aanwezig moest zijn ofwel worden
ingehuurd'.
OVO wil ICT een prominentere rol laten spelen binnen het onderwijs. 'Het
systeembeheer van de verschillende scholen kon zich onvoldoende richten op haar
ondersteunende taak bij het geven van onderwijs, maar was vooral bezig het
systeem overeind te houden. Ze kwamen dus niet toe aan hetgeen ze in feite
zouden moeten doen, aldus Danny Burlage, technisch directeur van ICT-partner
Wortell. 'Er moest een slag gemaakt worden naar een professionele en
gestandaardiseerde ICT-omgeving.
OVO koos voor standaardisatie op het Microsoft-platform, omdat de andere
platforms niet voldeden voor de huidige onderwijssituatie. Albert Strijker: 'Het
Windows Server System biedt een complete oplossing met veel toegevoegde waarde.
De markt op onderwijsgebied beweegt zich richting Microsoft, je hebt dus veel
minder comptabiliteitsproblemen als je voor dit platform kiest. Daarbij werkt de
software heel gebruikersvriendelijk, je hebt geen instructieboek nodig op
gebruikersniveau. 'Met de nieuwe situatie zijn de voorwaarden geschapen om ICT
op grotere schaal in te zetten bij het onderwijs. Door functionaliteiten van
SharePoint Services, Exchange Server en Active Directory te combineren openen
zich allerlei mogelijkheden voor nieuwe toepassingen binnen het onderwijs. OVO
Haarlem is daarom van plan deel te nemen aan een pilot met de Learning Gateway
en Microsoft Class Server'.
Eisen
Oplossing en voordelen
Producten
Externe links
www.wortell.nl
Van de externe link www.wortell.nl kun je doorklikken naar de onderwijssite van Wortell en daar staat ook dezelfde uitleg over de Learning Gateway. Op zoek naar scholen vond ik onder de titel Referenties vier koppelingen: Noordzee Onderwijs Groep, Onderwijsinstelling SKOZOK, OVO Haarlem en School van de Toekomst. Bij allemaal veel uitleg over Microsoft producten, zoals Class Server, Sharepoint Portal Server. Bij alle vier komen geen docenten, maar schoolbestuurders aan het woord. In de School van de Toekomst was vorig jaar een voorlichtingsbijeenkomst over de Learning Gateway en de daarmee samenhangende andere Microsoft producten. Deze bijeenkomst werd hoofdzakelijk bezocht door schoolbesturen en directies, kennelijk de doelgroepen van de onderwijspoot van Microsoft.
3. 2College
2College is een brede scholengemeenschap voor VMBO, HAVO
en VWO. In 2001 is het 2College ontstaan uit een fusie van 4 scholen, waar
twee jaar later nog twee scholen zijn bijgekomen. De school bestaat uit 4200
leerlingen, 300 docenten en 165 ondersteunende medewerkers, verspreid over 7
locaties in Tilburg, Oisterwijk en Berkel-Enschot. 2College is aangesloten bij
OMO (Ons Middelbaar Onderwijs), het grootste schoolbestuur van Nederland,
gebaseerd op een Katholieke grondslag.
Alle informatie komt weer van de website van Microsoft. Ook hier weer het
schoolbestuur dat is overgegaan tot de aanschaf van een Microsoft product
namelijk Windows Server 2003. Ed van Delft, Hoofd ICT van
2College: 'In het schooljaar 2001-2002 is, tegelijk met de eerste
stappen van de fusie, ook de centralisatie van de ICT voorzieningen van start
gegaan. De koppeling van de schoolnetwerken is in 2002-2003 in gang gezet.
Daarbij hebben wij ons georiënteerd op VPN en draadloze netwerken. Uiteindelijk
is door een initiatief van gemeente Tilburg toch gekozen voor een
glasvezelverbinding, waarbij alle 10 OMO-scholen in Tilburg met elkaar verbonden
worden. Het netwerk tussen de 2College locaties is de eerste fase hiervan.
2College heeft eerst alle locaties gemigreerd naar Windows Server 2003 en is ze
vervolgens gaan koppelen. In augustus 2004 zijn de laatste twee locaties
gekoppeld aan het netwerk en hebben wij alle servers kunnen verhuizen naar één
locatie'.
Bij de externe links deze keer geen projectbureau maar wel een koppeling
rechtstreeks naar www.2college.nl met een
mooie website waarvandaan je kunt doorschakelen naar alle locaties. Bij vakken
kun je zien wat de docenten al hebben gerealiseerd voor hun vak. Alle
beginpagina's zijn hetzelfde: verwijzingen naar verslagen, downloads en
websites. Niet duidelijk is welk Microsoftproduct verantwoordelijk is voor dit
fraais. Dit bestuur heeft kennelijk ook geen projectbureau ingeschakeld. Een
vraag hierover heb ik gesteld aan de webmaster van 2college.
algemene informatie duits |
|
Ook na deze klik komt de bezoeker terecht op de website van Microsoft. Deze keer ten behoeve van het bekende product Frontpage, waarin ik deze website ook heb gebouwd. Dit is natuurlijk een mooi initiatief, maar het heeft niets te maken met elo's.
De organisatie
Stichting Hal 4 is een theater in Rotterdam dat in 1998 het initiatief nam om
Digital Playground op te richten. Digital Playground geeft workshops aan
leerlingen tussen de 14 en 19 jaar uit het voortgezet en middelbaar onderwijs.
In de workshops wordt op een creatieve manier gebruik gemaakt van de computer
door dit te combineren met kunst en cultuur. De workshops worden in de regio
Rotterdam vanuit een eigen locatie aangeboden en worden op projectbasis
ongeveer acht keer per jaar elders in het land gegeven.
Conclusie
Microsoft heeft een internationale onderwijspoot opgezet waar ook
ons land bij hoort. De verzamelnaam van alle producten is Learning Gateway. Deze
bestaat verder nog uit Class Server, Exchange Server, ISA Server, SharePoint
Portal Server, SQL Server en Windows Server. Deze kunnen ingezet worden voor de
digitale communicatie tussen de verschillende geledingen van bijvoorbeeld
ondernemingen, stadsbesturen, instellingen en
natuurlijk ook scholen.
Na veel gezoek vanaf de website van Microsoft kom je terecht bij projectbureaus,
zoals Codenaam Future en Wortell. Deze dienen schoolbesturen en directies hun
diensten aan om de Microsoft technologie operationeel te maken. Besturen van
gefuseerde scholen met soms meer dan vijf verschillende locaties laten de
bureaus een nieuw uniform computersysteem installeren. Daarmee kunnen de onder
het bestuur vallende scholen beter met elkaar communiceren.
Directiekeuze
Maar voor zover mij tot nu toe is bekend, verspreidt deze ongetwijfeld kostbare
vernieuwing zich vanuit de bestuurs- en directiekamers over de verschillende
geledingen van de school. Van een meerwaarde daarvan voor de vaklokalen heb ik
vergeleken met enkele eerder beschreven elo's, zoals de niet commerciële
pakketten Dokeos en
Educoach niet veel kunnen merken.
Klik je bijvoorbeeld op Class Server en op Docenten en leerkrachten,
http://www.microsoft.com/netherlands/onderwijs/producten/classserver/doelgroepen.aspx#3,
dan krijg je te lezen: ‘Wij
begrijpen dat uw tijd kostbaar is en dat u tijd die u aan het nakijken van werk
besteedt, niet aan uw leerlingen kunt besteden. Leerkrachten moeten altijd hun
aandacht verdelen over het lesgeven aan de hele klas en het bieden van
individuele hulp. Door de mogelijkheid huiswerk sneller en in elektronische vorm
op te geven en na te kijken, hebt u meer tijd om na te gaan welke leerlingen
extra hulp nodig hebben en de vrijgekomen tijd aan die leerlingen besteden.
Dynamische real-time toegang tot gegevens over de vorderingen van leerlingen
maakt het u ook veel gemakkelijker feedback aan individuele leerlingen en
groepen te geven en gegevens over goede methoden met uw collega's te delen’.
Deze en ook de voor ict-coördinatoren en systeembeheerders misschien bekend
klinkende teksten, spreken traditioneel werkende docenten die een elo zouden willen gaan
proberen, niet aan. Zij begrijpen
bovendien heel goed dat Microsoft en de projectbureaus alleen de
communicatiesoftware leveren en dat ze zelf voor de invulling moeten zorgen,
zoals de hierboven aangeprezen ‘mogelijkheid huiswerk sneller en in
elektronische vorm op te geven en na te kijken’.
Geen idee
Het verbaast me dan ook niet
dat er in geen enkel vaklokaal van de vier genoemde onderwijsinstellingen iets
van de Learning Gateway is te merken. Deze komt waarschijnlijk niet verder dan
de directiekamers.
De geringe belangstelling van docenten voor leeromgevingen zoals de Learning
Gateway blijkt ook uit een studie van Anita de Koning, uitgevoerd in opdracht
van de stichting Ict op school. Uit haar onderzoek blijkt dat ontwikkelaars
van leeromgevingen geen idee hebben waarvoor docenten hun producten gebruiken.
Bovendien hebben de grote commerciële pakketten veel functionaliteiten waaraan
de docenten geen behoefte hebben. Het onderzoek is te vinden op het adres http://www.ictopschool.net/software/nieuws/communiceren-docenten-met-een-ELO.