Alterlinks, onderdeel van Activ Worlds, virtuele wereld in het Frans en Engels
Active Worlds is evenals het bekendere Second Life een driedimensionale virtuele wereld waar je gratis als toerist of tegen betaling als burger, ongeveer hetzelfde kunt proberen te doen als in het normale leven. Alterlinks is de francofone dependance van het Amerikaanse Active Worlds, maar de meeste werelden zijn Engelstalig. Om te onderzoeken of onze leerlingen in deze virtuele wereld taalvaardigheid kunnen opdoen, heb ik me als ‘citoyen’ gemeld bij de Franse tak van de familie op www.alterlinks.fr en daar zelfs een virtuele school proberen te bouwen.
Toerist of burger
Als je Alterlinks hebt gedownload en geïnstalleerd, heb je
recht op een gratis virtueel verblijf van maximaal dertig dagen. Je mag dan ook
bouwen, maar loopt het risico dat iemand met burgerrechten je bouwsel afbreekt.
Je hebt een beperkte keus uit de beschikbare avatars. Dat is de vermomming
waarin je herkenbaar bent voor de andere aanwezigen. Als burger heb je meer
rechten, zoals onbeperkte toegang tot alle werelden van Alterlinks waarvan het
merendeel Engelstalig is. Je mag contact onderhouden met je medeburgers door
bijvoorbeeld telegrammen te verzenden en te ontvangen. Om beter verslag te
kunnen doen van mijn virtuele belevenissen, besloot ik het aanvraagformulier
voor het burgerschap in te vullen. Na geklikt te hebben op de knop ‘envoyer’
werd me gevraagd 49.37 euro te betalen. Na deze formaliteit per creditkaart te
hebben afgehandeld, kon ik als burger Joda het virtuele leven binnenstappen om
daar ook een jaar te mogen verblijven.
Het
virtuele landschap
Boven het virtuele landschap waarin je jezelf en ook de
andere ingelogde aanwezigen als avatar ziet, staan de knoppen waarmee je kunt
navigeren. Ga je er met de muiswijzer op staan dan zie je de verklarende tekst.
Onder de knop links met het mapje staat de handleiding met uitleg.
De chatbox zit onder de afbeelding, dus je ziet met wie je praat. Het is
mogelijk om dialogen uit de chatbox automatisch op te slaan. In het rolmenu ‘Options’,
klikken op ‘Préférences’ en aanvinken ‘enregistrer dialogues’. Kies een map voor
de opslag en de naam van het bestand, bijvoorbeeld ‘chat.txt’. Daarna worden
alle dialogen automatisch opgenomen en in de opgegeven map bewaard. Dit gebeurt
meteen na het inloggen en houdt pas op als je weer vertrekt naar je echte leven.
Datum en tijdstip staan aangegeven. Met behulp van deze optie kunnen de
leerlingen hun taaluitingen in de chatbox aan hun docenten laten zien.
Andere
werelden
Links bovenaan kun je klikken op ‘Menu’ en daarna op ‘Mondes’. Je krijgt dan de
lijst met alle werelden te zien met bovenaan die waar de meeste bezoekers zijn,
onderaan die waar niemand op dat moment is. Het symbooltje voor de naam geeft
aan wie toegang heeft tot de te bezoeken wereld en wie niet. In sommige werelden
zijn jeugdigen niet welkom. Docenten zouden hun leerlingen kunnen opdragen een
wereld uit te kiezen en heel precies in de doeltaal te beschrijven wat ze er
zien. Deelname aan een gesprekje in de chatbox zal elke talendocent zeer
waarderen. En meepraten in een mondelinge chatsessie nog meer!
Ik hou het bij Frans en klik op een wereld met de naam ‘français’.
Daar is inderdaad de voertaal Frans. De wereld heet Hypsone, een door enkele
burgers gebouwde wereld vol tekstborden en met een groot televisietoestel.
Daarop is dag en nacht het nieuws in het Frans te zien.
Docenten kunnen met enkele daarvoor gemotiveerde leerlingen een dag en tijd
afspreken voor een bezoek aan Hypsone. Waar de leerlingen op dat moment in het
echte leven zijn is niet belangrijk, als ze maar de beschikking hebben over een
computer met internetaansluiting. Ze kunnen dan gratis Alterlinks downloaden en
als toerist inloggen. De docent ziet ze in de virtuele wereld gewoon staan en
hij kan een interessant kort nieuwsitem met ze doornemen. Dat is virtueel
afstandsonderwijs. Maar docenten kunnen dit soort virtuele lessen ook
uitbesteden aan een ieder die voldoende Frans beheerst om van deze ontmoetingen
een lesdoel te maken. De opgenomen teksten dienen als bewijs voor de eigen
docent van de leerlingen.
Collège
virtuel français
Om zelf een virtuele school te kunnen bouwen, moet je eerst een keus maken uit
de verschillende terreingroottes. De goedkoopste virtuele wereld P10 is 40.000
m² zonder gratis citizen accounts, maar wel met allerlei diensten, zoals
hosting. Wanneer je genoegen neemt met maximaal vijf bezoekers tegelijk, kost
je wereld jaarlijks € 306.25 plus € 50 voor het
installeren van mondeling chatten. Deze kosten zijn van augustus 2007 tot
september 2008 voor me betaald door het Expertisecentrum moderne vreemde talen
van de universiteit Leiden.
Het bouwen en inrichten van een virtuele school midden in een dorp
met winkels en huizen is geen sinecure. Je moet er een halve programmeur voor
zijn. Antwoorden op mijn vragen vond ik niet in de veel te technische
handleiding. Om toch enig succes te boeken vraag ik veel hulp aan de helpdesk,
maar met de antwoorden kwam ik niet veel verder.
Omdat ik toch een betalende klant
ben in het bezit van een eigen wereld, heeft de helpdesk dit noodlokaal met 5
rijen poppetjes als leerlingen voor me neergezet in een wijkje met een paar
huizen. Een deur zat er niet in. Ik heb er toen maar een bord voor gehangen met
de tekst: ‘Cliquer pour entrer’. Ze hebben ook een paar jong ogende mannelijke
en vrouwelijke avatars voor me gebouwd. Dit alles waarschijnlijk in de
verwachting dat het collège veel bezoekers zou trekken die dan burgerrechten
zouden kopen. Dit is niet gebeurd, helaas..
In en rond de school staan brievenbussen. Ga je er met de muiswijzer op staan
dan verschijnt de tekst: écrivez au directeur du collège. Met een klik op de
brievenbus verschijnt de e-mailclient met mijn adres. Ondanks artikelen en een
oproep in Levende Talen Magazine komen er geen leerlingen. Ik krijg wel
bezoekers, maar dat zijn bijna altijd Anglofonen, die denken dat het woord
college alleen tot hun eigen taalgebied behoort. Maar de voertaal is Frans.
Hoe streng ik ben bewijst de
ontvangst van een van mijn bezoekers, een Anglofoon:
Ashley Colin: Joda
Joda: Oui
Ashley Colin: I made an avatar for this world
Joda: c'est possible,oui
Ashley Colin: hm?
Ashley Colin:
you speak English?
Joda: c'est une école française, faut parler français
Ashley Colin: oh ok
Ashley Colin: nevermind then :-)
Ashley Colin: bientat
Joda: au revoir Ashley Colin
Een enkele toerist wil wel een
virtuele les Frans. Die verwijs ik dan naar de welkomstzin van de hôtesse in de
chatbox: ‘vous êtes au college virtuel français. Lisez d’abord l’introduction à
www.internetonderwijs.net/artikelen2007/Alterlinks/college.htm. Daar leg ik uit
dat ik nog geen virtueel taaldorp heb en dat bezoekende leerlingen het moeten
doen met de opgegeven websites voor Franslerende anderstaligen. Voor onze
leerlingen verwijs ik met toestemming van de ontwerper naar zijn taaldorp: ‘ville
de langue, développée par Maurice Visser, professeur de français du lycée Dalton
Vatel à Voorburg, Pays-Bas: http://www.dalton-vatel.nl/taaldorp/’.
Verder heb ik de mij ter beschikking gestelde websites van Thierry Perrot
opgenomen. Deze Fransman is programmeur, zijn vrouw taaldocent, voorwaar een
goede combinatie voor het schrijven van bruikbare digitale interactieve lessen.
Een enkele toerist wil wel een
virtuele les Frans. Die verwijs ik dan naar de welkomstzin van de hôtesse in de
chatbox: ‘vous êtes au COLLEGE VIRTUEL FRANÇAIS. Lisez d’abord
l’introduction à Collège.htm. Daar
leg ik uit dat ik nog geen virtueel taaldorp heb en dat bezoekende leerlingen
het moeten doen met de opgegeven websites voor Franslerende anderstaligen. Voor
onze leerlingen verwijs ik met toestemming van de ontwerper naar zijn taaldorp:
‘ville de langue, développée par Maurice Visser,
professeur de français du lycée Dalton Vatel à Voorburg, Pays-Bas:
http://www.dalton-vatel.nl/taaldorp/’.
Verder heb ik de mij ter beschikking gestelde websites van Thierry Perrot
opgenomen. Deze Fransman is programmeur, zijn vrouw taaldocent, voorwaar een
goede combinatie voor het schrijven van bruikbare digitale interactieve lessen.
Geen
subsidie
Voor het collège is een plein en een straat met huizen. Die zouden kunnen dienen
als ontmoetingsplaats voor Franslerenden en hun francofone leeftijdgenoten, als
voorbereiding bijvoorbeeld op een uitwisselingsprogramma. Ze zouden in overleg
een huis kunnen inrichten, er kennis maken met elkaars gewoontes, kortom over
alles van gedachten wisselen met gebruik van het taalmateriaal dat ze klassikaal
in het echte schoolleven hebben geleerd. Door winkels toe te voegen kun je de
leerlingen ook boodschappen laten doen in de doeltaal.
Zolang dat technisch nog niet eenvoudig is te realiseren in Alterlinks, kan ik
alleen maar voor de schooldeur wachten op leerlingen die taalproductie willen
oefenen en met wie ik kan chatten in de doeltaal of die ik de Franse oefeningen
kan laten maken. Dit lijkt me een goede optie voor leerlingen die taalverwerving
in een virtuele wereld wel grappig vinden.
Het collège heeft helaas geen Nederlandse leergierigen getrokken. Daardoor
verviel de subsidie. Na ettelijke aanmaningen om te betalen heeft Alterlinks op
12 september 2008 het collège virtuel français gewist.
Enkele projecten
Toch is er belangstelling voor Active Worlds als mogelijke virtuele plek voor
het geven van onderwijs. Henny van der Meijden van de Katholieke Universiteit
Nijmegen (KUN) heeft er zelfs een promotieonderzoek aan gewijd. Op de website
http://www.socsci.kun.nl/ped/owk/activeworlds/main_nl.html staat het
onderzoek beschreven onder de titel: Samenwerkend leren in Active Worlds.
Hierbij staat niet de verwerving van een moderne vreemde taal centraal, maar de
samenwerkingsstrategieën die leerlingen gebruiken wanneer ze samenwerken in
Active Worlds.
Een van de samenwerkingsprojecten van de KUN betreft het vak Culturele
Kunstzinnige Vorming. Het Haags Montessori Lyceum voerde met een andere school
een kunstproject uit in een zelfgebouwd virtueel museum met werken van Degas.
3D Virtuele Werelden voor het MVTO: Focus op Virtueel Taaldorp
Vitaal Project
is speciaal gericht op een virtuele vorm van taalverwerving als verlengstuk van
het traditionele klaslokaal. De leerlingen oefenen communicatief taalgebruik in
een virtueel taaldorp. Het is een samenwerkingsproject uitgevoerd door de
hogescholen van Amsterdam en Utrecht, drie scholen voor voortgezet onderwijs en
het Christelijk Pedagogisch Studiecentrum. Kennisrotonde verstrekte een subsidie
waarmee in Active Worlds een Frans dorp is gebouwd met enkele specifieke
locaties zoals een bakker, een VVV kantoor, kiosk en een ontmoetingsplaats waar
de leerlingen allerlei communicatie opdrachten moeten uitvoeren.
Studenten van de lerarenopleidingen hebben oefendialogen ontwikkeld voor gebruik
in de klas en treden op als e-coaches door met de leerlingen online oefensessies
in de virtuele wereld uit te voeren. Ton Koenraad van de hogeschool Utrecht
heeft op de internationale conferentie over Language Education in Virtual Worlds
het Vitaal Project gepresenteerd (
www.slideshare.net/slanguages/slanguages2008-vitaal/ ).
Na evaluatie en disseminatie van dit experimentele virtuele taaldorp zullen
binnen enkele jaren leerlingen het heel gewoon vinden in een virtueel taaldorp
allerlei handelingen te verrichten met gebruik van de doeltaal. Dit is een
uitstekende voorbereiding op een verblijf in een echte wereld waar ze zonder
taalkennis niet of nauwelijks kunnen functioneren.