GrassRoots, projecten voor samenwerkend leren via internet
Het
GrassRoots programma, een initiatief van het Canadese Schoolnet, helpt docenten
met het integreren van ict in hun lessen en leerlingen met het zelf op het
internet zetten van innovatieve leerprojecten. De ontwerpen moeten voldoen aan
strenge eisen. Ze moeten bijvoorbeeld passen in het lesprogramma, aanzetten tot
leeractiviteiten, resulteren in een voor iedereen toegankelijke website. Na een
gunstige beoordeling door een internationale jury ontvangen de ontwerpers,
afhankelijk van de omvang van de website, een beloning van $300 tot $900. Het
Nederlandse ministerie van OC&W heeft dit Canadese initiatief overgenomen. Dat
was een goed idee, want vanaf dit jaar is het Canadese GrassRoots om financiële
redenen gestopt.
De Canadese website
Ondanks de aankondiging van het Canadese Schoolnet dat deze non profit
organisatie gaat stoppen met de GrassRoots projecten, is tot het moment van
schrijven van deze regels, de website http://www.schoolnet.ca/grassroots/e/home/index.asp
nog steeds te bezoeken. Wie beloonde projecten wil bekijken, kan klikken op
Media Room en vervolgens op Archive. Bovendien staan er in de rubriek
Awards allerlei verwijzingen naar andere instanties, die docenten en
leerlingen geldprijzen toekennen voor hun inzendingen, wanneer deze aan de van te
voren vastgestelde criteria voldoen. Daarbij ook natuurlijk de internationale ThinkQuest wedstrijd, alleen al goed voor een grote hoeveelheid lesmateriaal
voor allerlei vakken.
De Nederlandse GrassRoots
De Nederlandse GrassRoots vind je op het adres
www.grassroots.nl met op de
openingspagina een wervende
tekst om vooral mee te doen. Het thema voor 2005 is Cultuur. Wie zich aanmeldt
krijgt voor zijn projectidee een beloning ter waarde van 500 euro. Bovenin staan
vijf knoppen met daaronder veel informatie. Onder de knop
etalage
staan de beste GrassRoots projecten van de afgelopen jaren. Onder zoeken
vindt de bezoeker een uitgebreide database waar hij kan zoeken in de sectoren
primair-, voortgezet-, hoger onderwijs, bve en op een zeer ruime sortering
vakken. Bij geen voorkeur krijg je de lijst van maar liefst 3050 projecten te
zien. Onder de knop Info staat alle informatie over GrassRoots cultuur
van 2005. Klik je op de knop thema’s, dan kun je bij een aantal door de
minister aangewezen instellingen een afgerond GrassRoots project zoeken en
bekijken. Onder de laatste knop aanmelding kun je zien aan welke eisen
een ingediend project moet voldoen en welke stappen een school moet ondernemen
om een GrassRoots project te starten.
Docenten van het voortgezet onderwijs, die eerst wel eens willen zien wat hun
vakcollega’s met hun leerlingen aan bruikbare projecten hebben ingebracht,
kunnen terecht onder de knop zoeken. Kies gericht zoeken,
vervolgens algemeen, dan voortgezet onderwijs en het gewenste vak.
Haal de andere vinkjes weg, zoals op de afbeelding is te zien. Daardoor wordt de
zoekopdracht ruimer.
In willekeurige volgorde bespreek ik hieronder alle gevonden vakken uit het
voortgezet onderwijs waarin leerlingen van havo/vwo examen kunnen doen en
waaraan de gevonden projecten een bijdrage zouden kunnen leveren. Helaas is de
database vervuild en is een groot aantal daarin geplaatste projecten onvindbaar.
|
|
||
|
|
||
|
|
||
|
|
||
|
|
Wiskunde
De database geeft voor wiskunde keurig het zoekresultaat weer, er is gezocht naar:
In de daaronder staande lijst staan alle ingediende projecten onder elkaar. De teksten hebben dezelfde opmaak, zijn kort en duidelijk, zodat de bezoeker, na het klikken op de titel daarmee het hele projectvoorstel te zien krijgt en daardoor van te voren al weet wat dit voorstelt. Het eerste project in de lijst ziet er als volgt uit:
Rekenen
met variabelen
’Leerlingen gaan leren werken met letters. De verschillen tussen de
bewerkingen (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en machten) moeten ze
onderscheiden. De begrippen moeten ze uit het hoofd leren en daarna gaan
toepassen. Dus het geheel gaat over rekenen met letters (algebra). Verder
moeten ze in staat zijn om de letters te vervangen door een positief getal’.
Wanneer je klikt op de titel van het project, dan krijg je een compleet overzicht van alle stappen, die de docent heeft gezet om het project goedgekeurd te krijgen. Dat stappenplan vind je ook bij de andere projecten terug. Het voordeel daarvan is, dat er voldoende voorbeeldmateriaal voorhanden is voor docenten wiskunde om ook een voorstel voor een GrassRoots project in te dienen. Bovendien staan begin- en einddatum vermeld, de naam van de school en de website waar het uitgevoerde project is te vinden. In het bovenstaande geval van Rekenen met variabelen is de startdatum maart 2002 en de einddatum maart 2003. Het is het project van de scholengemeenschap St. Canisius in Almelo en het is te vinden op het adres http://les.canisius.nl/vakken/wiskunde/varia/index.html. Daar vinden de geïnteresseerde bezoekers het uitgevoerde project, dat als volgt opent:
Rekenen met
variabelen
Met behulp van de brugklassers is dit tot stand gekomen.
We gaan de bewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen en machten
bespreken.
Aan de uitbreiding van deze pagina wordt gewerkt.
Brugklas MHV
(alleen deze klas heeft een koppeling naar het uitgevoerde
project)
Klas 2
Klas 3
Variabelen zijn letters of woorden die door getallen vervangen kunnen worden.
Leerlingen leren hiermee werken, waarbij de computer als hulpmiddel wordt
gebruikt.
Bij het langslopen van de lijst constateer ik, helaas, dat een aantal projectvoorstellen nog moet worden uitgevoerd, dat andere zijn voltooid, maar kennelijk niet zijn gearchiveerd, want ze zijn onvindbaar op de website van de betreffende school. Dat levert dan een vergeefse zoektocht op. Bovendien heeft ook nog een aantal projecten in de wiskundelijst niets of niet veel te maken met dit vak. Dan is 68 projectvoorstellen nalopen geen lolletje voor docenten, die op zoek zijn naar bruikbaar lesmateriaal waarvoor door OC&W is betaald.
Aardrijkskunde
Voor Aardrijkskunde vindt de zoekmachine 118 projecten voor het vo. Het eerste
uit de lijst lijkt me meteen al interessant.
Transport en infrastructuur
Nederland investeert continu in de verbetering van haar infrastructuur.
Hierbij kun je denken aan: de Betuwespoorlijn, de HSL, de Westerscheldetunnel
en de Maaslandkering.
Klik je op de koppeling, dan vind je, evenals bij wiskunde,
een compleet overzicht van de verplichte in te dienen informatie over het
project, zoals: leerdoelen, vernieuwende karakter, werkvormen, vakgebieden,
projectorganisatie en inhoud daarvan, de leerlingenactiviteiten, en wat de
docent heeft gedaan aan de voorbereiding van het project.
Transport en infrastructuur is afkomstig van het Bonhoeffer College in
Enschede, het is gestart in september 2004 en in december beëindigd. Na een klik
op de koppeling
http://www.bc-enschede.nl/lijsterstraat/grassroots/nieuwe%20infrastructuur/index.htm
kunnen de bezoekers een tiental powerpoint presentaties zien
van leerlingen over de Betuwespoorlijn, Zuiderzeespoorlijn, Balgstuw Ramspol en
de polderbaan van Schiphol. Deze kunnen zeker als lesmateriaal dienen. Ook bij
Aardrijkskunde zijn er weer afgewerkte projecten, die niet meer in het archief
van de school beschikbaar zijn. Soms is er een doorschakeling naar
server07.kennisnet.nl/grassroots,
maar dit spoor loopt dood op de oude webstek van nl.tree.
Geschiedenis en
Staatsinrichting
Er staan voor het voortgezet onderwijs 114 projecten in de
lijst. De eerste projecttitel en omschrijving Politiek chat-café lijkt
net zo interessant als de tweede De verbeelding van de Koude Oorlog,
project waarvoor de leerlingen aan de hand van spotprenten een analyse moeten
maken van deze periode uit de wereldgeschiedenis. Beide projecten zijn echter
onvindbaar. Wel bereikbaar over hetzelfde onderwerp is de website van leerlingen
van twee klassen van de Christelijke scholengemeenschap A.M. van Schuurman, die elk een
Koude Oorlog krant moeten maken,
een Amerikaanse en een Russische met daarin het eigen standpunt. Beide werkstukken
zien er aardig en verzorgd uit. Dit
is een vernieuwende, actieve en zelfstandige manier van leren.
Ook een goed project is dat met de titel Conflicthaarden. De leerlingen
van Scholengemeenschap
Augustinianum in Eindhoven moeten in groepjes van vier
elk een conflicthaard met een historische achtergrond onderzoeken. Ze
presenteren hun werkstukken als lesmateriaal aan hun klasgenoten en aan alle
belangstellende leeftijdgenoten, die ook iets over deze onderwerpen willen
(moeten) weten. Dat kan, want één van de ict elementen bij dit project is het
bouwen van een kleine website. Het op internet kunnen laten zien van je werk is
uitermate motiverend voor kinderen.
Golfoorlog in Irak
Ierland
Baskenland
Israël
en de Palestijnen Het eeuwige
confict Kahmir
Nederlands
De database levert voor onze moedertaal maar liefst 246 projecten op. Het eerste
project in de lijst is geleverd door leerlingen van het Twents Carmelcollege.
Simone
vd Vlugt: een modern jeugdboekenauteur
analyse van het literaire werk van Simone vd Vlugt. Thema's en motieven in
haar werk worden systematisch uitgediept en vergeleken.
Klik je op de titel dan krijg je het hele projectvoorstel
te zien, zoals dat is ingediend en in april 2002 is afgerond. ‘Wij moesten op
school een project doen over Simone van der Vlugt. De klas werd in verschillende
groepjes gedeeld, die elk een opdracht kregen. Al die opdrachten hebben wij
verwerkt in deze site. Je kunt er van alles vinden over haar boeken en over haar
zelf’. Behalve een overzicht van recensies van haar boeken en een interview,
hebben de leerlingen zelf een vervolgverhaal bedacht. Ze bieden ook de
mogelijkheid aan de bezoekende leerlingen om na lezing van alle informatie hun
kennis te testen. Bladerend door de lijst kwam ik nog meer projecten tegen
waarin een schrijver centraal staat.
Ontwerp een echte krantenpagina. ‘Leerlingen maken een pagina die echt wordt
gepubliceerd. Dit in samenwerking met een journalist van het ED. De pagina moet
bevatten een interview, een foto met tekst, een mening over iets en een
artikel’. Zo op het eerste gezicht lijkt dit ook een aantrekkelijk project, maar
op de site waar het uitgevoerde project zou moeten staan, kom je wel terecht bij
het Eindhovens Dagblad, maar niet bij de ontworpen pagina’s.
Dit komt vaker voor. Een projectvoorstel ziet er op het eerste gezicht
interessant uit, maar is van de schoolsite afgehaald of onvindbaar opgeborgen
in Het GrassRoots archief.
Bovendien is de database vervuild,want er zijn nogal wat projecten die in het
Nederlands zijn geschreven, maar die met deze taal als vak niets van doen hebben
en om die reden niet interessant zijn voor Neerlandici en hun leerlingen.
Frans
Voor Frans staan 25 projecten in de database. Slechts een
paar daarvan zijn interessant. Een aantal is onvindbaar. Een 2e klas van het Titus
Brandsmacollege in Dordrecht bestudeerde alles in de regio wat op Frans lijkt en
belde zelfs de families Charité, Clermonts, Delavigne en Dujardin uit Dordrecht
op met het verzoek hun naam te verklaren.
Franse
invloed in de regio
Het maken van een Nederlands-Franse website over de invloed van
Frankrijk/de Franse taal in Dordrecht en regio. Thema's: - Franse namen in de
regio - Franse straatnamen (herkomst en betekenis) - Waar de Fransen trots op
zijn - Typisch Franse gebarentaal - De invloed van de Franse taal op het
Nederlands en andersom - Hoe Dordtse scholieren de Fransen zien
(stereotyperingen)
De schoolreis is vaak onderwerp van een GrassRoots project. De leerlingen zetten hun kennis van ict in om de reizen voor te bereiden en zetten ook zelf alle wetenswaardigheden in tekst en beeld op de website van de school. Leerlingen van de vierde klas van het Pius X college in Rijssen hebben een website gebouwd om hun klasgenoten voor te bereiden op de jaarlijkse reis naar Parijs.
Engels
Voor deze taal staan 130 projecten in de lijst. Het eerste ziet er meteen
al aardig uit:
Invent
an Englishman
Doel: Samen met leerlingen van de eerste klas (B-stroom) een Engelsman/vrouw
bedenken.
Inhoud: Met behulp van internet zoeken de leerlingen in groepjes van twee info
over Engelse namen, uiterlijk (typisch Engelse kleding en verzorging), hobby's
(typisch Engelse sporten of hobby's), school/kinderen (onderwijs in Engeland).
Klik je op de titel, dan krijg je het hele ingediende
projectvoorstel te zien. Het is in 2002 uitgevoerd door Carien Admiraal van
scholengemeenschap Twickel in Hengelo. Het project is oproepbaar. Na een korte
inleiding door deze docente over haar aanpak, kunnen de bezoekers kennis nemen
van het werk van enkele leerlingen van haar klas. Sommigen waren zo enthousiast
dat ze voorstelden om thuis op de computer verder te werken aan hun ‘Engelsman’.
Er staan meer aardige na te volgen projecten bij zoals die van
leerlingen van scholengemeenschap St. Canisius, die onder de titel ‘Sightseeing
in Almelo in hun stad een rondrit maken en aan de hand van foto's en
beschrijvingen van de bezienswaardigheden daarvan in het Engels verslag doen.
Scholengemeenschap Marianum in Groenlo laat onder de projecttitel
Interculturele uitwisseling en communicatie de leerlingen communiceren met
hun leeftijdgenoten in Italië, Duitsland, Zweden, België, Tsjechië en
Denemarken. Het doel daarvan is de voorbereiding van een uitwisseling. Thema's
in communicatie met Zweden en Italië zijn: waterprojecten, biodiversiteit en
diverse culturele activiteiten. Hoewel als einddatum van het project juni 2004
staat vermeld, mag ik aannemen, dat de met elkaar verbonden scholen hiermee
gewoon doorgaan.
Op de website van het project
Kids on the
Globe kunnen de bezoekers zien
hoe de leerlingen zich voorstellen: We are pupils from 3V4
at the Titusbrandsmacollege, a secondary school in Dordrecht, the Netherlands.
This year we have mailed to pupils from different countries all over the world.
We wrote about ourselves, school, hobbies, sports, friends and the way we live.
We are interested in how pupils of our own age, in other parts of the world live
and what's going on in their lives. They also spend a great part of their days
at school, so we asked them what an ordinary schoolday looked like. They told us
something about their teachers and what they do after schooltime.
Reacties hebben deze leerlingen al van scholen uit Amerika, India,
Indonesië en Australië.
Zo zijn er meer projecten te vinden in de database voortgezet onderwijs en Engels.
Maar ook hier weer moet de bezoeker soms vanaf doodlopende koppelingen terug
naar het projectvoorstel van een school zonder te kunnen zien wat dit in de
praktijk voorstelt.
Duits
Voor deze taal staan 37 projecten in de database.
Klas 2G1 van scholengemeenschap De Grundel in Hengelo heeft werkstukken gemaakt
over bekende Duitsers. Blijkens de titel van het project komen niet alle
Duitsers aan bod.
Beste
Duitsers
In het kader van het handelingsdeel kennis van land en volk maken de
leerlingen individueel een werkstuk over belangrijke personen uit de Duitse
geschiedenis. Deze werkstukken worden door de leerlingen van een aansprekende
lay-out en navigatie voorzien en op het net geplaatst.
Spaans
Voor die taal staat één project in de database, maar dat is er één voor Engels.
Fries
Er zijn voor die taal drie projecten uitgevoerd. Het eerste door leerlingen van
3 vmbo t van het Pius X college in Rijssen, die op
Zeilkamp gaan in Friesland.
Ze maken daarvoor een speciale website, zetten er foto’s op en wat informatie
over een palingrokerij naast de zeilschool. Behalve de naam van de provincie is
er verder op de website geen woord Fries te bekennen. Het tweede project heeft
als titel
Kijk op
cultuurlandschap - type molens. De site waar dit
project zich zou moeten bevinden is:
www.groenkennisnet.nl/grassroots, maar daar vind je weliswaar veel
aanvullende informatie over de GrassRoots projecten, maar niets in of over het
Fries.
Het derde project betreft het
Project
Fries: verleden, heden en toekomst van Joure.
Onderbouwleerlingen van de OSG Sevenwolden in Joure gaan de stad en provincie in
om uit een groot aanbod te kiezen voor zaken die typisch Fries of van Joure
zijn. Er worden digitale foto's gemaakt, gepresenteerd in powerpoint en een
foto-impressie van deze dag wordt geplaatst op de website van de locatie Joure
onder leerlingenwerk. Daar kon ik echter niets vinden, zodat ik niet kon
zien hoeveel Fries er aan te pas kwam.
Je zoekt gericht in de database op Fries en op voortgezet onderwijs. Dat één van
de drie projecten iets met Friesland te maken heeft, mag je toch wel een magere
oogst noemen.
Natuur- en Scheikunde
Er staan 88 projecten in de database voor het voortgezet
onderwijs. Soms hoort dit combivak thuis bij ANW, zoals dit project van enkele
leerlingen uit 4 havo van het Bonhoeffer college in Enschede. .Zij bouwden zelf
de bijhorende website.
'De verhoogde uitstoot van CO2 is één van vele
factoren die bijdragen aan een mogelijke klimaatverandering. Deze factoren worden in dit project stuk voor stuk
uitgediept door leerlingen, en waar mogelijk met elkaar in verband gebracht. Zie
bovenstaande links. Enkele andere onderwerpen die in verband met het
broeikaseffect interessant zijn, worden ook behandeld. Middels het vergelijken
van modellen komen leerlingen en lezer tot een gefundeerde mening t.a.v. de
bijdrage van de CO2 - uitstoot aan het broeikaseffect en de
klimaatveranderingen, naast andere mogelijke factoren. De webpagina's van de
leerlingen bevatten eigen tekst en links naar geschikte, illustratieve sites op
internet. (Het geheel paste als eindopdracht bij het hoofdstuk 'Leven op Aarde"
van de ANW-methode Solar)'.
Helaas zijn de meeste van de andere projecten in de lijst, die mij wel
interessant leken, of niet te vinden of ze behoren tot een andere sector
of het vak Techniek.
Biologie
Voor dit vak staan 106 projecten voor het voortgezet onderwijs
geregistreerd. Een goed voorbeeld van doelbewust onderzoek doen vanwege een
zieke grootvader van een klasgenoot is te vinden in het project van vijf meisjes
uit de brugklas van Helicon opleidingen:
Suikerziekte (diabetes mellitus) wat is dat ? De groep heeft dit
onderwerp gekozen vanwege de suikerziekte van de grootvader van Mariolein.
Scholengemeenschap St Canisius
in Almelo heeft een hele serie
Grassroots-projecten en wel voor 3
Havo/Vwo. Ze zijn allemaal de moeite van het bekijken waard en kunnen bij
Biologie als lesmateriaal worden ingezet.:
De leerlingen bouwen zelf de websites om daar hun onderzoekgegevens op te zetten, een motiverende manier van leren.
Aanmelden
Onder deze knop kun je kiezen tussen
GrassRoots algemeen
en GrassRoots cultuur. Beide hebben ze eigen locaties met digitale formulieren voor het
aanmelden van een project.
Uit het
overzicht van de door de minister aangewezen locaties blijkt dat alle sectoren
van het Nederlandse onderwijs vertegenwoordigd zijn. Voor de algemene projecten
staat in de lijst de landelijk opererende AVS (Algemene Vereniging van
Schoolleiders voor het primaire onderwijs). Op de locatie BVE-Breed kunnen alle
ROC’s hun projecten aanmelden. Het hoger onderwijs heeft eigen locaties, zoals
EFA (de lerarenopleiding van de universiteit van Amsterdam), Fontys hogeschool,
INHolland en de Stichting Surf, die het GrassRoots-pilotproject coördineert voor
de Vrije Universiteit Amsterdam, de Hogeschool Zuyd en de Rijks Universiteit
Groningen. In de database kom je voor veel vakken de 15 scholen tegen, die
vallen onder het schoolbestuur van de stichting Carmel die een eigen locatie
kreeg toegewezen. Verder zijn er nog de stedelijke locaties zoals Almere en den
Haag, de regionaal werkende locaties ICT-Noord, en Town, die midden Brabant
bedient. De lijst wordt afgesloten met de locaties met namen als:
Groenonderwijs(V)MBO, Keiwijs en Sizo. Al deze locaties
helpen de bezoekers niet alleen met het aanmelden van hun projecten, maar
plaatsen op hun websites ook de daar ingeleverde en
onderscheiden GrassRoots projecten.
Evaluatieonderzoek
Het SCO-Kohnstamm Instituut van de universiteit van Amsterdam heeft in april
2004 een Evaluatie-onderzoek 'GrassRoots in Nederland' gepubliceerd. Het hele
rapport in .pdf is te vinden op:
http://www.han.nl/restyle/shpo/content/Leren_met_ICT.xml_dir/evaluatiegrassroots.pdf.
In hoofdstuk 2.1
vergelijken de onderzoekers de
GrassRoots in Canada met die in Nederland en komen tot de conclusie: 'de Canadese benadering lijkt te verschillen van de wijze
waarop in Nederland het GrassRoots programma is geïntroduceerd en
geïmplementeerd. Men dient in Canada in vergelijking tot Nederland aan
duidelijker criteria te voldoen, waaronder een aantal onderwijskundige, is de
beoordeling strikter maar de beloning gevarieerder, zijn leerlingen meer
betrokken, staat samenwerking meer centraal, en behoren websites die ook voor
anderen bruikbaar en leerzaam zijn tot de belangrijkste producten. Uit de
informatie leren we dat GrassRoots Canadese leraren in basis- en voortgezet
onderwijs in staat stelt om in samenwerking met hun eigen leerlingen en soms ook
met andere scholen innovatieve projecten met ict te ontwikkelen. Er is een
duidelijke focus op daadwerkelijke integratie van ict in het onderwijsleerproces
in combinatie met onderwijsvernieuwing en effecten op het leren van de
leerlingen. In Canada worden voorstellen daartoe beoordeeld aan de hand van
zogeheten ‘rubrics’, rubrieken of categorieën met criteria. Naarmate een project
complexer en completer is kan men meer financiering krijgen, die overigens achteraf wordt toegekend'.
Wat is een goed project?
Deze vraag hebben de onderzoekers als volgt geprobeerd te beantwoorden: 'een belangrijke vraag was uiteraard: wanneer vinden we een GrassRoot geslaagd? Welke criteria kunnen we daarvoor hanteren? In het licht van
het drempelverlagende doel van de maatregel, zou je kunnen zeggen dat elk
project dat een leerervaring in het gebruik van ict, liefst een positieve
leerervaring, oplevert voor de uitvoerende leraar, een goed project is. Vooraf
zijn geen inhoudelijke eisen gesteld aan de projecten. De GrassRoots zijn echter
ook uitdrukkelijk bedoeld om het educatief gebruik van ict te bevorderen. Het is
dan ook relevant te bekijken in hoeverre de GrassRoots het daadwerkelijke
gebruik van ict in het primaire proces betreffen en daarin worden geïntegreerd.
Het gebruik van ict in het onderwijs wordt niet alleen gestimuleerd om de
leerlingen te leren omgaan met de media- en ict-toepassingen van vandaag de dag,
er wordt van ict ook een bijdrage verwacht aan de innovatie van het onderwijs in
de richting van flexibeler, meer op maat van de individuele leerlingen gesneden
onderwijs. ‘Ict is niet langer een doel op zich maar een middel om andere doelen
zoals kwalitatief goed onderwijs en de aansluiting van het onderwijs op de
kennissamenleving te realiseren’, zo staat in het jongste ict-beleidsplan van OCenW (OCenW, 2003). Een criterium is dan ook in hoeverre de GrassRoots
vervangend of juist vernieuwend zijn: wordt hetzelfde gedaan als eerst, maar nu
met ict, of worden er met de inzet van ict ook vernieuwende elementen in het
onderwijs ingebracht'?
De commissie constateert dat in Canada de eis wordt gesteld dat de websites met
de projecten ook voor anderen bruikbaar en leerzaam moeten zijn. Daar schort het
in Nederland behoorlijk aan. De database is vervuild met projecten, die in het
rijtje van het gekozen vak niet thuis horen of eindigen op een dood spoor. Als
de locaties van GrassRoots de scholen, die de prijs in ontvangst hebben
genomen, zouden verplichten om hun beloonde inzendingen per vak gesorteerd voor
andere scholen beschikbaar te houden, dan zou het rendement voor de vakcollega’s
en hun leerlingen groter zijn. Voor de meeste vakken is
de opbrengst aan inzetbaar vanaf het internet door de leerlingen zelfstandig te
downloaden lesmateriaal nogal aan de magere kant. OC&W zou er goed aan doen om
strengere eisen te stellen aan de beloonde projecten door deze per vakgebied
door didactisch geschoolden van de expertisecentra of de universiteiten te laten
beoordelen.
©