N@tschool
Omhoog Learning_Gateway BB vs Moodle Edusite Fronter Moodle N@tschool EduCoach Epsilon Dokeos

N@Tschool, elo voor bedrijven, organisaties en onderwijs

Three Ships N@Tschool is volgens de ontwerpers 'een webbased geïntegreerde en didactisch neutrale elektronische leeromgeving waarmee alle facetten van het leerproces worden ondersteund. De leeromgeving is ontwikkeld in samenwerking met diverse didactische partners uit het onderwijs en het bedrijfsleven en sluit daardoor naadloos aan op de dagelijkse praktijk. De volledig op Microsoft technologie gebaseerde leeromgeving wordt bij meer dan 120 instellingen in het onderwijs (HO/BVE/VO), overheid en bedrijfsleven ingezet om het elektronisch leren te faciliteren. Three Ships (opgericht in 1996) is marktleider in het BVE-onderwijs en heeft meer dan 300.000 licenties uitstaan bij haar Nederlandse en Belgische klanten'. Er is een Nederlandstalige website te vinden op http://www.threeships.nl/. Vooralsnog heeft ook deze commerciële elo nauwelijks meerwaarde voor de klassenpraktijk.

Net zoals alle andere commerciële elo's, geeft ook N@Tschool op de website uitgebreid informatie over de gebruiksmogelijkheden daarvan. Met een simpele klik op elk van de zeven onderdelen van de afbeelding kunnen docenten zich op de hoogte stellen van wat deze elo de klant te bieden heeft. Veel van de opgegeven functies zijn overbodig in de vaklokalen van het voortgezet onderwijs. Dat kan zelfs het wollig taalgebruik niet verhullen.

Projecten
Een project is volgens de ontwikkelaars van deze elo 'één van de krachtigste middelen in ieder leerproces: theorie in de praktijk brengen door in een projectgroep aan een opdracht te werken'. De docent krijgt de naam van begeleider en krijgt te horen dat 'het opzetten van projectgroepen door het gebruik van wizards en sjablonen een eenvoudige taak is. Bovendien maakt de projectomgeving binnen N@Tschool het mogelijk om cursisten en studenten gericht te begeleiden door de projectthermometers en de geïntegreerde communicatiemiddelen’. Dan volgen de onduidelijk gestelde voordelen daarvan. Wie deze functionaliteit vergelijkt met het iets verder besproken Danae Europa project van één van de Orionscholen, kan constateren dat al dit fraais mijlenver afstaat van het gebruik dat docenten van de elo maken.

Begeleiden & Coachen
Kenmerkend voor commerciële elo's is de nadruk op begeleiden en coachen
. Dit spoort niet erg met de taakopvatting van docenten in het voortgezet onderwijs om in eerste instantie les te geven in het vak dat ze hebben gestudeerd. Zij zullen dan ook niet zoveel ophebben met de 'Begeleiden en coachen module met diverse overzichten waarmee een begeleider/coach in één oogopslag kan zien hoe het staat met de voortgang van de cursist(en) en de wijzigingen in de afgelopen periode’.
Volgens de makers kan hun elo in een aantal gevallen zelf een coach/cursist relatie herkennen. De uitleg hiervan luidt: 'er zijn bijvoorbeeld studieroutebegeleiders waarbij op grond van roosterinformatie automatisch een link met een groep cursisten tot stand kan worden gebracht’.

Portfolio & formulieren
Ook deze functie biedt weinig aanknopingspunten voor de dagelijkse onderwijspraktijk in het vaklokaal. Onder het kopje Zelfsturing in het studietraject wordt uitgelegd dat 'voor cursisten het digitaal portfolio een grote mate van zelfwerkzaamheid en zelfsturing betekent. Begeleiders biedt het de mogelijkheid om flexibeler te sturen: continu begeleiden van studenten kan gecombineerd worden met beoordeling op het moment dat de student daar om vraagt. Om deze processen optimaal te ondersteunen kunnen de N@Tschool communicatiemiddelen zoals mail, chat en forum worden ingezet'. N@tschool beschikt over een groot aantal ingebouwde formulieren bestemd voor 'bijvoorbeeld EVC- en intakeprocedures, maar ook voor reflectieformulieren, evaluatieformulieren, stagevoortgang formulieren etc. De resultaten van de formulieren worden opgeslagen in het portfolio van de cursist. Een formulier is opgebouwd uit één of meerdere pagina’s welke een aantal bouwstenen bevatten. Deze bouwstenen variëren van elementen waarmee u verklarende teksten of verschillende soorten vraagvelden kunt opnemen tot tabellen en zelfs een module waarmee cursisten bestanden kunnen selecteren en uploaden in het hun portfolio'.

Competentie management
'
De Competentie management module bevat een elektronische studieplanner met een geïntegreerd studievoortgangsysteem: het studieprofiel. Studieprofielen bieden cursisten de informatie die zij nodig hebben om hun eigen studietraject te bepalen en geven een compleet overzicht van de studieonderdelen die beschikbaar zijn voor de competenties die zij willen ontwikkelen. Studieprofielen tonen ook de voortgang bij de geselecteerde studieonderdelen, zowel aan de cursist als aan de begeleider'.
Volgens de uitgebreide uitleg bij deze module kunnen de leerlingen, pardon cursisten, elk een eigen studieroute samenstellen. Dat doen ze aan de hand van studieprofielen. 'Deze bieden extra meerwaarde wanneer deze ingezet worden om vraaggestuurde studietrajecten te realiseren. Cursisten bepalen dan zelf aan de hand van de competenties die bij het studietraject horen, welke studieonderdelen zij gaan volgen om deze competenties te verwerven'. Zoals bij bijna alle functionaliteiten kun je je afvragen welk gebruik docenten voor hun vak hiervan gebruik gaan maken.

Kosten aanschaf en beheer
I
n tegenstelling tot Fronter, maakt de verkoopmaatschappij van N@tschool wel de prijzen bekend, zodat kopers deze mee kunnen nemen bij hun beslissing over te gaan tot aanschaf of niet. Wie wil weten wat een bestuur of een school  eenmalig kwijt is bij aanschaf van N@tschool en wat het beheer daarna jaarlijks kost kan hier informatie vinden: http://elearning.surf.nl/docs/natschool/kostencase.pdf.

Prijsindicatie:

Gebruikersvereniging in oprichting
'
Inmiddels zijn er al 38 instellingen (uit het VO, BVE en HO) lid van de Gebruikersvereniging. Is uw instelling nog geen lid van deze sterk groeiende vereniging? Geeft u zich dan eenvoudig op via het inschrijfformulier dat u kunt vinden op de website van de vereniging: http://gebruikersvereniging.natschool.nl'. Maar deze website was op 23 maart 2006 nog niet operationeel).

De Oriongroep
Het schoolbestuur van het Onafhankelijk Regionaal Interscholair Onderwijs Netwerk (Orion) in Eindhoven heeft N@tschool aangeschaft voor een twaalftal scholen. Op één daarvan, het Christiaan Huygens College, kon ik bij enkele vakken als leerling inloggen en de opdrachten uitvoeren.

Engels Brugklas
Bij Engels kan ik de via deze elo aangeboden lessen voor de brugklas bekijken. De school gebruikt voor de brugklas de  leergang Interface (Thieme Meulenhoff). Deze bestaat uit verschillende kleuren. De sectie Engels gebruikt versie Blue. Zoals in de opdracht bij unit 6 is te zien, werken de leerlingen op school uit het gedigitaliseerde werkboek van de methode.

 

Interface Blue 1 Unit 6

 

Interface Blue 1 Unit 7

 

Interface Blue 1 Unit 9

 

Interface Blue Label 1: Unit 6 Flying to the States

Je gaat Unit 6 bijna helemaal met de computer doen.

* Je moet elke les je Textbook meebrengen (voor het Checkbook), maar je Workbook kan thuis blijven.
* Werk zoveel mogelijk zelfstandig, behalve als je lesjes met iemand anders moet doen.
* Je mag je werk zelf indelen, maar je moet ongeveer 1 'lesson' per les doen.
* Doe elke oefening waarbij dat kan, tot hij helemaal foutloos is.
* Voor sommige opdrachten moet je het internet op. Je kunt dan met de ALT+TAB toetsen weer terug naar N@tschool. 
* Voor de overhoringen krijg je een cijfer, dus begin er pas aan als je echt zover bent.

De opdrachten bij dit unit beginnen met een 'voorwaartse blik' waarbij de leerlingen, alvorens de tekst te beluisteren, eerst voor zich zelf een paar vragen moeten beantwoorden. Door dit te doen bedenken ze als het ware de belangrijkste elementen van de luistertekst. Voorkennis van de inhoud van een tekst vergemakkelijkt de lees- of luisteractiviteit. Docenten doen dit vaak met voorspellend lezen opdrachten naar aanleiding van titel, tussenkopjes, foto's of tekeningen bij een artikel. Ik vraag me alleen af waarom de luistertekst meteen mee wordt afgedrukt, zodat de leerlingen de luisteractiviteit ondermijnen door de tekst mee te lezen. Na het beluisteren van de tekst, kunnen de leerlingen de losse woorden uit de tekst beluisteren. Deze staan afgedrukt met de Nederlandse betekenis daarachter.

Friends in High Places

Looking ahead (Beantwoord deze vragen in je hoofd)

1 Heb ie wel eens een vliegreis gemaakt? Wat valt er allemaal te beleven tijdens zo'n reis?
2 Heb je wel eens helemaal alleen een lange reis gemaakt? Hoe was dat? Of hoe zou het zijn, denk je?
3 Kijk eens naar de man die op de tekening naast de jongen zit. Heb je enig idee wat voor beroep hij heeft? Doe een gok!

Listen to the text (Gebruik de koptelefoon en klik op het pijltje in de afspeler om het geluid te starten)

Succes!


En dit is de uitgeschreven tekst:

Flight attendant: Enjoy your meal, Sir. Enjoy your meal, Sir.
Joel: Are you travelling alone or with your parents?

Crispin:
No, I'm on my own.
Joel: Do
you like these chocolate cookies?
Cnspln:
Yes, I do. They're delicious
Joel
: Have mine. I can never eat all the food on these flights. You can ask the flight attendant to bring you some more, you know.
Crispin:
Can you?
Joel:
Sure you can.
Crispin:
But isn't that rather greedy?
Joel: Hell, no! Miss! Some more of these for the young gentleman, please,. Miss.
         Are you in transit, or are you going to New York?

Crispin:
I certainly hope so. John F. Kennedy Airport.
Joel:
JFK
Crispin:
I beg your pardon?
Joel:
JFK, we call it.
Crispin
Oh, yes, of course.
Joel:
Joel Parker.
Crispin:
Oh, yes, how do you do. My name's Crispin Henderson.
Joel:
Pleased to meet you... er... Cris. You on vacation?
Crispin:
Yes, I am actually. My aunt lives in Manhattan
               I'm going to stay with her for Christmas. Actually, I go to boarding school in England

Joel:
Is that right, Cris? Is that a public school?
Crispin: Well now, maybe you can explain something How come you British call
               your private schools 'public school' ? It's very confusing for a foreigner.

Crispin:
It's a tradition that, well, certain private schools are called public schools.
              There is a reason but it's complicated. Why are you asking? Are you a teacher?

Joel:
Me? No! I'm a cop.
Crispin:
You're a policeman? A cop? A New York cop?
Joel:
Sure I am. Do you want to see my I.D.?
Crispin:
Yes, please. Gosh! You're not kidding! You really are!
Joel:
Is this your first time in the States?
Crispin:
Yes, it is actually.
Joel:
They're going to show an in-flight movie. Do you want to watch it?
Crispin:
Yes, I do. Oh, headphones, thanks.
Joel:
And here come your cookies. Thank you, Miss.
Crispin:
I say, this is really good.
 


Na het luisteren en lezen van de tekst volgen een tiental deeloefeningen, waarvan de meeste op woordniveau zijn. Het is een uitstekende optie om niet alleen woordbetekenissen in te slijpen, maar ook de uitspraak daarvan. Het zijn oefeningen die de leerlingen buiten de les individueel kunnen verrichten en eenvoudig tijdens de les kunnen worden overhoord.

Lesson 26 Words.

Dit zijn de woorden van lesson 26. Gebruik de koptelefoon om de woorden te horen. Je luistert naar het woord en zegt het dan zo goed mogelijk na. Klik op het pijltje in de afspeler om te beginnen.

meal
to travel
parents
on my own
cookies
flight
flight attendant
to bring
rather
greedy
hell, no!
Miss
in transit
I beg your pardon?
how do you do?
pleased to ...
to meet
on vacation
actually

aunt
to stay
Christmas
maaltijd
reizen
ouders
in mijn eentje
biskwietjes
vlucht
steward(ess)
brengen
nogal, tamelijk
hebberig
'ben je gek!'
juffrouw
op doorreis
wat zegt u?
hoe maakt u het?
leuk je te ...
ontmoeten
met vacantie
inderdaad,
   eigenlijk
tante
logeren
Kerstmis
boarding school
public school

how come ...?

private
   school
confusing
foreigner
tradition
certain
reason
complicated
cop
I.D.

gosh
to kid

the States

in-flight movie

headphones
I say!
kostschool
particuliere
   kostschool
hoe komt het
   dat ...?
particuliere
   school
verwarrend
buitenlander
traditie
bepaalde
reden
ingewikkeld
politieagent
identiteits-
   bewijs
gossie, jeetje
voor de gek
   houden
de Verenigde
   Staten
film (tijdens de
   vlucht)
koptelefoon
hé zeg! echt
   waar!

Hierna krijgen de leerlingen enkele oefeningen over deze woorden met de bedoeling dat ze hiermee de betekenissen daarvan (ook vanuit het Nederlands) inprenten. Er zijn een paar uit alle werkboeken bekende matchoefeningen, maar ook een interactieve flashcardoefening. De leerlingen zien een kaart met daarop een Nederlands woord. Als ze de Engelse betekenis weten, klikken ze op de kaart en zien het goede antwoord. Dat kunnen ze net zolang doen totdat ze de woorden kennen.
Tenslotte de tijdrovende woordzoekoefening, die als volgt wordt ingeleid: Directions: Find the hidden words in the grid. The terms below the grid are clues to help you find the hidden words. Words can appear horizontally, vertically, or diagonally; forwards or backwards.
Na het oefenen op woordniveau volgen enkele oefeningen met zinnen. De leerlingen moeten Engelse zinsdelen matchen met de Engelse omschrijving daarvan. Vervolgens een niet eenvoudige spreekoefening, die de leerlingen in tweetallen doen. Om ze te helpen staat de gesproken tekst ook op de tekening met daarin onderstreept de woorden die ze moeten vervangen door de vijf onderstaande. 

26.3 Face to Face

Om deze oefening te doen, moet je iemand vragen die samen met jou te doen. Luister allebei naar het voorbeeld-gesprek: (Klik op het pijltje in de afspeler om het geluid te starten)
 

en doe dan samen hetzelfde met:

1. give us another meal - eat it
2. get us more chocolate - have those cookies too
3. bring us two more Cokes - drink both of them
4. show us the cockpit - come with me
5. make us an extra hamburger - have mine, too

Als vijfde oefening een paar vragen met daarachter een tekstvakje waarin de leerlingen een antwoord van het bevestigende type Yes I do kunnen invullen, soms gescheiden door een bijwoord. Ze kunnen ter controle heen en weer schakelen tussen hun antwoord en dat van deze correctiesleutel: 

26.5 Antwoorden

1. Are you going to stay with your aunt for Christmas? - Yes, I am.
2. Hey, Cris, do you like these cookies? - Yes  
I do actually.
3. Mr Parker, do you want my ice-cream? - I think 
I do, thanks, Cris.
4. Is your friend really a Chicago gangster? - Yes,
(s)he really  is.
5. Do all the passengers want to watch this stupid movie? - Of course 
they do, they love it
6. I don't believe it! Is this your first time in the States? - Yes, I'm afraid
it is, Sir.
7. This meal is absolutely wonderful, isn't it? -  
It certainly  is. Terrific!
8. Can I ask the flight attendant for some more juice? - Sure 
you can, go right ahead.

Het uiteindelijke leerdoel daarvan zal wel zijn dat de leerlingen daarna in de les dit type vragen en antwoorden zonder schriftbeeld met de juiste uitspraak kunnen produceren.


Oefening 6 is de bekende Hot Potatoes cloze oefening met invulopdrachten voor werkwoordvormen. Grammatica, dus niet echt een controle of de beluisterde en geschreven uitgangstekst is begrepen.

26.6 Fill in the right forms.
Gap-fill exercise
 

1 Are you in transit, or you (go) to New York?
2 My parents aren't here. I (always travel ) alone, you see.
3 Crispin (like) these chocolate cookies?
4 This week I (visit) my uncle. He (live) in Florida.
5 He says he (stay) with his aunt now.
6 I (never eat) these meals, they (usually make) me sick.
7 What you (call) this airport?
8 She's greedy. she (always eat) so much?
 

Ook oefening 7 is een cloze oefening, maar nu moeten de leerlingen de reeds geleerde woorden uit de tekst in een nieuwe zin zetten. Dat kunnen ze alleen als de context duidelijk is. Zoals gebruikelijk bij Hot Potatoes krijg je bij het klikken op hint een letter aangeboden en bij check dikgedrukt het hele woord.

26.7 Fill in the words
Gap-fill exercise
 

1 There's the flight attendant why don't you ask her to bring you another drink?
2 Where are my headphones, I want to listen to the sound-track.
3 You're at a boarding school, aren't you? Gosh! That means you're at school seven days a week.
4 Of course I can travel alone from London to New York. it's not my first time on a 747, you know.
5 How long are you going to stay with your aunt and uncle?
6 I hope we get our meals early, I'm starving.
7 Hello, I'm Andrea. - to meet you, I'm Michael Dillon.
8 We're flying back from JFK Airport to Heathrow in England.
9 Here's your dinner. your food, Madam. - Thank you.
10 You look a bit silly in that steward's uniform. - I beg your pardon.
11 I was only kidding, there's no chocolate on your jeans.
12 Aren't your parents here? - No, Mum and Dad are in England.
 

26.9 Write Crispin's Card to his parents in England

 

De leerlingen moeten ook, net zoals de jongen uit het verhaaltje, nog even een kaartje sturen aan hun docent.

Ga naar Askivy.com door op de link te klikken,  kies een kaart uit en en stuur hem aan je docent  (boe@huygenscollege.nl, ubb@huygenscollege.nlntn@huygens.nl). Neem de linkertekst van de kaart hiernaast over op papier en vul alles goed in. Je moet het intypen in het blok onder 'message'.

Ik heb de opgegeven website www. Askivy.com bezocht, maar kon daar nergens een aanwijzing vinden vanwaar ik een kaartje aan deze docenten kon sturen.



Overhoring Words  26

Klik je daarop, dan kom je terecht bij Quia, een website waar de woorden van les 26 overhoord zouden worden.

Quia  
What does Quia Web offer?
Tour Quia Web now.
 
Subscribe Now!
Get a FREE 30-day trial
    Create a new account Forgot your username?
    Trouble logging in? Forgot your password?
 Quick Log In
  Username:
  Password:
Instructor Zone Student Zone
What's new
· Basic and Advanced quiz editors
· Share questions across multiple quizzes
· Categorize quiz questions using labels
· No more quiz sessions; just create a quiz and you're done!
· Our latest newsletter
Shared Activities
Shared activities
Art Geography Mathematics
Astronomy German Medicine
Biology History Music
Chemistry Italian Science
English Japanese Spanish
French Latin Technology
 Our users say: Its flexibility makes it easy to customize the drills. It is teacher-driven. Quia runs well on old machines - I don't need the newest equipment in order to make use of it effectively. In a parochial school, on a tight budget, that is a distinct selling point!
-Sister J. LaLande Baricevic, technology coordinator, Belleville, Illinois, U.S.A.

Ik kon daar echter met mijn opgekregen gebruikersnaam en wachtwoord niet terecht. Daarom vroeg ik zelf een account aan bij Quia en kreeg dat ook per kerende e-mailpost. Na het inloggen moest ik een klas invullen en daar ging het mis. Ik kan me trouwens ook niet voorstellen dat op deze Engelse website de woorden uit een Nederlandse leergang Engels worden overhoord.

Student Zone
Welcome, John Daniëls
 
 My profile
My Classes
You are not enrolled in any classes.

If you have a class code, you may enter it now:

Class code:

Dus is les 26 van unit 6 voor mij eerder klaar dan voor de leerlingen. Ik heb maar één les van de drie in unit 6 bekeken en de oefeningen daarvan gemaakt. Nu hoef ik bij de bespreking van N@tschool geen commentaar te leveren op het door de school gebruikte lesmateriaal, al vraag ik me wel of al die in Hot Potatoes gemaakte match en cloze oefeningen wel  voldoende leerrendement opleveren en of je daarvoor dan zo'n dure elo moet aanschaffen. Uitgeverijen kunnen dezelfde oefeningen waarschijnlijk  goedkoper op een CD ROM leveren of via het netwerk van de school.

Commentaar van een docente
Gevraagd om commentaar schrijft één van de docenten: 'de sectie heeft  een aantal jaren geleden een digitale versie van een unit uit de door ons gebruikte leergang Interface in N@ttschool gezet. Een aantal oefeningen die verwijzen met een link naar het web werken niet meer. Nieuw materiaal maken is lastig en kost heel veel tijd. Het zou fijn zijn als iemand (de uitgevers?) dat voor ons zou kunnen doen. De leerlingen vinden het werken op de computer vaak wel fijn, maar leren er toch minder van dan van klassikale lessen. Dat zeggen ze ook zelf. De resultaten zijn vaak ook wat minder. Als afwisseling is het dus wel leuk, maar een hele unit op de computer doen betekent vaak dat je wel 8 lessen achter elkaar in het computerlokaal zit met de klas. Dat vind ik wel veel. Ik mis mijn klassikale lessen dan op een gegeven moment. De leerlingen ook. We zouden dus best een aantal oefeningen per unit in N@tschool kunnen hebben, en dan de rest van de lestijd in de klas doorbrengen. Maar voorlopig is de vraag: wie maakt materiaal? En: hoe krijg ik het voor elkaar zo vaak de computers ter beschikking te hebben, dat ik er bijna elke les een minuut of 15 gebruik van kan maken'?

Mijn antwoord
De schoolbesturen zouden er beter aan hebben gedaan om, in plaats van zo'n dure elo aan te schaffen, de vaklokalen uit te rusten met computers, internetaansluitingen en beamers. Dan kun je met je leerlingen afwisselend werken: klassikaal frontaal iets
laten zien vanaf internet, daarna kunnen de leerlingen opdrachten uitvoeren naar aanleiding wat je ze hebt laten zien en horen. Dat kan dan in groepjes, maar ook individueel op de computer in het computerlokaal of elders. Ik vind een excursie naar een computerlokaal met een klas uit den boze.


Wiskunde
Bij dit vak stuit ik in de brugklas van wiskundelerares Ester van Strien op het  onderwerp Symmetrie en vlakke figuren.


Dit project gaat over symmetrie en vlakke figuren. Je gaat in groepjes (2 leerlingen) stukjes theorie bestuderen en daar opdrachten over maken. Als eindproduct maak je een werkstuk. De samenwerking, het overleg en de werkverdeling moet worden bijgehouden in N@tschool.

Begin met het doorlezen van de algemene informatie.

De leerlingen moeten een werkstuk maken over symmetrie  en moeten daarvoor een engelstalige website bezoeken.

Symmetrie


Er zijn verschillende vormen van symmetrie.
  1. Lijnsymmetrie (spiegelsymmetrie)
  2. Draaisymmetrie (rotatiesymmetrie)
  3. Puntsymmetrie
  4. Schuifsymmetrie (translatie)

 

Lees de theorie goed door en kijk rustig naar de animaties. Bij elk onderwerp horen een aantal opdrachten die je in het werkstuk moet zetten.

Een leuke website over symmetrie: Symmetry
Handig bij het zoeken naar plaatjes:
lijnsymmetrie = line symmetry
draaisymmetrie = rotational symmetry

De leerlingen verwijzen naar deze Engelstalige website Symmetry is de meest ideale vorm van vakoverstijgend leren. De retorische vraag op de openingspagina verdient navolging:

Why use worksheets when you could use this webquest and math games
to learn all about line & rotational symmetry in a highly visual & engaging way?

Deze website is ontworpen door een Australische docent, gewoon voor zijn eigen basisschoolleerlingen om ze met eigen ogen de symmetrie te laten zien, bijvoorbeeld in het dierenrijk.

The butterfly is the animal that is regularly given as one of the most beautiful examples of bilateral symmetry in the natural world.

Butterfly picture

Zo zijn er voor alle vakken wel collega's te vinden die uit liefde voor hun vak en om de saaiheid van de traditionele leermiddelen te doorbreken, webquestachtige oefeningen ontwikkelen en op het net publiceren. Daarvan kunnen leerlingen overal ter wereld profiteren mits ze de taal van de leerstof leverende docent receptief beheersen en ze deze websites ook makkelijk per vak, onderwerp en moeilijkheidsgraad in een database kunnen vinden. Zover is het helaas nog niet.
Deze docente
geeft gehoor aan de oproep van haar Australische collega op de openingspagina van zijn website: Why use worksheets when you could use this webquest and math games to learn all about line & rotational symmetry in a highly visual & engaging way? Zo zijn er voor alle vakken wel collega's te vinden die uit liefde voor hun vak en om de saaiheid van de traditionele leermiddelen te doorbreken, webquestachtige oefeningen ontwikkelen en op het net publiceren. Daarvan kunnen leerlingen overal ter wereld profiteren mits ze de taal van de leerstof leverende docent receptief beheersen en ze deze websites ook makkelijk per vak, onderwerp en moeilijkheidsgraad in een database kunnen vinden. Zover is het helaas nog niet.
Vreemd is dat binnen één gebouw een wiskundelerares les geeft aan de hand van een Engelstalige website, terwijl een paar lokalen verwijderd haar collega’s Engels met ondeugdelijke internetopdrachten zitten. Een vakoverstijgende werkwijze loont hierbij vast te moeite.


Vlakke figuren
Deze docente geeft les op de manier waarop leerlingen graag wiskunde leren. Ze heeft zelf bij de lesstof allerlei animaties ontwikkeld en samen met haar collega's de opdrachten. Deze maken een frontale uitleg aan een volle klas overbodig, de leerlingen krijgen de lesstof via de elo thuis bezorgd of elders waar leerlingen individueel kunnen leren wat bijvoorbeeld vlakke figuren zijn:

Bijzondere driehoeken.

  1. Gelijkbenige driehoek
  2. Gelijkzijdige driehoek
  3. Rechthoekige driehoek

Van de overige vlakke figuren ken je de meeste al (o.a. vierkant, rechthoek en cirkel). Er zijn er nog twee.

  1. Parallellogram
  2. Trapezium

Dan volgen enkele opdrachten. Deze zijn door de bewegende voorbeelden zonder ingewikkelde uitleg van de docent eenvoudig uit te voeren.

Opdracht 1.

Teken een driehoek ABC
met AB = 5cm en AC = BC = 7cm.

Laat eerst zien hoe je deze driehoek met behulp van je passer kunt tekenen, laat daarna zien hoe je het ook nog op een andere manier zou kunnen doen. (Je moet deze driehoek dus twee keer tekenen en de hulplijnen laten staan).

CKV-dans

De docent van dit vak levert de leerlingen een studiewijzer via de elo, waarbij de volgende uitleg:
hieronder staat de studiewijzer voor een eerste blok CKV1. Deze helpt je bij het plannen, je kunt vooruitkijken en weet dan wat er allemaal nog voor opdrachten komen. Elke opdracht die je moet maken lever je in bij je docent. Wanneer je een opdracht terug krijgt stop je deze in je kunstdossier. Je docent zal dan op je beoordelingsformulier zetten of je de opdracht goed hebt afgerond.

De leerlingen een kunstdossier bijhouden: Je kunstdossier is eigenlijk een verzamelplaats op N@tschool waarin je al je activiteiten voor CKV1-dans bijhoudt. Je stopt daarin al de hieronder genoemde verslagen en uitwerkingen. Je docent controleert je opdrachten en jij kunt zien wanneer je iets hebt afgerond. Superhandig dus. Zo ben je altijd op de hoogte van de stand van zaken! Aan het eind van de module moet je hele dossier compleet zijn. Vandaar dat elke opdracht een uiterlijke inleverdatum heeft.

Inhoud kunstdossier:
·        
Beoordelingsformulier
·        
Studiewijzer.
·        
Kunstautobiografie
·        
Balansverslag of Eindverslag
·         Verslag culturele activiteit 1: Gezamenlijke voorstelling
·        
Verslag culturele activiteit 2: Voorstellingbezoek met je groepje
·        
Verslag culturele activiteit 3: Video 
·        
Uitwerking praktische opdracht 1: The making of… en over iedereen die daarbij helpt.
·        
Uitwerking praktische opdracht 2: Your own style.
·        
Praktische opdracht 3: Your own style: for real!!!

Dan volgen een drietal culturele activiteiten. De leerlingen bezoeken een voorstelling in een theater en moeten aan de hand van vragen zich zich een idee vormen over wat ze hebben gezien.
Na de lessen die de leerlingen over allerlei zaken de dans betreffende hebben gevolgd, krijgen ze praktische opdrachten via de elo, die ze moeten uitvoeren.
Er is ook nog een kijkwijzer. Het gebruik daarvan helpt de leerlingen om gerichter naar een dansvoorstelling te kijken. Zo moeten ze steeds een fragment kiezen en dat zo beeldend mogelijk beschrijven.

De leerlingen maken twee maal in het schooljaar de balans op van wat ze hebben geleerd. Ze halen een formulier op en beantwoorden daarop onderstaande vragen:

  1. Wat heb je geleerd?

  2. Wat heeft je verrast?
  3. Wat vond je van het project (samenwerking met anderen, het uiteindelijke resultaat)
  4. Wat heb je over jezelf geleerd of ontdekt? Ben je in deze periode andere dingen gaan waarderen, is je smaak veranderd?
  5. In hoeverre heeft dit vak tot nu toe je kijk op kunst veranderd? Wat heb je er zelf aan gehad?
  6. Zijn je verwachtingen wat betreft het vak CKV1 uitgekomen en heb je geleerd wat je wilde?
  7. Heb je nog wat nuttige tips voor je docent zodat de lessen CKV1 verbeterd kunnen worden?

Aan het eind geeft de docent een beoordeling over het werk van elke leerling. Ook die komt op een plekje in de elo te staan waar de leerling kan zien hoe hij het er heeft afgebracht.

Bij dit vak gebruikt de docent N@tschool om te communiceren met de leerlingen. Daarbij kunnen deze zelf op de elo hun kunstdossier bijhouden. Voordeel is dat ze het dan niet kwijt kunnen raken. Maar zoals de vraag bij dit soort commerciële elo's luidt: hebben docenten wel zo 'n dure nodig voor wat ze ermee doen? Zo te zien zijn alle hierboven weergegeven onderdelen van CKV- dans ook op de website van de school te plaatsen. Als die er niet is, dan kunnen scholen ook terecht bij Web in de klas. Deze kleinschalige firma uit Groningen is verantwoordelijk voor de zogeheten On Line Sheet Producer (OSP) waarvan een demo hier is te bekijken: http://www.webindeklas.nl/demo1/. Met de OSP kunnen docenten op dezelfde manier werken als in een elo, maar wel goedkoper. Voor het uitgespaarde geld kunnen schoolbesturen dan computers en beamers kopen voor alle vaklokalen waar ook een internetaansluiting moet zijn.


Danae Europa project
Op de school loopt ook het vakoverstijgende Danae Europa project. Het is in verhaalvorm gegoten. Een familie gaat op reis richting nieuwe lidstaten van Europa. Het gezin krijgt te maken met het verdrag van Schengen, de euro, grenspalen, grenscontrole, douane, invoerheffingen enzovoort. De aan het project deelnemende leerlingen krijgen ook een interactieve reis naar Slovenië voorgezet. De informatie voor de opdrachten en de vragen staan op websites, die de leerlingen met één klik vanuit de elo kunnen openen en bestuderen. Het project bestaat uit een individueel en een groepsdeel. Individueel lezen ze de teksten, bezoeken de opgegeven websites en beantwoorden de vragen in Worddocumenten. Hoe deze daarna bij de docenten komen staat er niet bij. Meestal gebeurt dat in geprinte vorm. Aan het eind van het project volgt het groepswerk voor een powerpointpresentatie. Eén van de 2 opdrachten daarvoor luidt als volgt:

 

Maak een powerpointpresentatie van ongeveer 6 dia’s. Het thema is Invoerrechten. In de presentatie moeten de volgende punten verwerkt worden:

 

  1. Ga na wat invoerrechten (of invoerbelasting) zijn
  2. Behandel drie producten waarop Nederland invoerrechten heft
  3. Leg uit waarom Nederland dat doet (geef minimaal 2 redenen)
  4. Geef het verband aan tussen invoerrechten en smokkelen, lees hiervoor hoofdstuk 8 nog eens, en ga op zoek naar een voorbeeld van smokkelhandel tussen Nederland en België. (Kun je erachter komen wat een populair smokkelproduct was?

Voeg eigen materiaal toe. Jullie bepalen zelf wat je vijfde punt in je presentatie gaat zijn. Wat is er nog meer over invoerrechten te vertellen dat belangrijk is voor je klasgenoten om te leren?

Het lijkt me een project dat leerwinst oplevert voor de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en economie. De elo is hierbij in gebruik als doorgeefluik voor de door de leerlingen te bezoeken websites, de opdrachten en de opslag van de door de leerlingen uitgevoerde opdrachten. Ook de beoordeling van het werk van de leerlingen zal uiteindelijk een plaatsje kunnen vinden in de elo. De docenten die het Danae Europa project hebben bedachten, maken daarvoor dankbaar gebruik van de faciliteiten van N@tschool.


Een pionierende docent
Tijdens de bijeenkomst van met ict pionierende talendocenten op 25 en 26 november 2005, georganiseerd door het expertisecentrum NaB mvt  hield Koos Boekensteijn een inleiding over N@tschool . Hij is docent Engels aan het Christiaan Huygens College en community manager van het vaklokaal Engels.
De belangrijkste punten uit zijn betoog waren:

De conclusie van Koos Boekensteijn wordt gedeeld door docenten die met andere grote commerciële elo's werken: 'elo's  worden door het management ingevoerd en de meeste docenten zien niet welk van hun problemen de elo zou kunnen oplossen. Het is maar een kleine groep docenten die zich in de elo wil verdiepen om te kijken of naast de efficiency ook de onderwijskwaliteit kan worden verbeterd'.
Volgens deze docent zijn er desondanks ook positieve kanten aan deze elo: 'docenten werken samen met de uitgevers om het materiaal van de leergang in N@tschool beschikbaar te stellen. Daardoor krijgen docenten meer zeggenschap over de leerstof, die in kleinere units wordt verdeeld, anders ingedeeld en in een andere volgorde gepresenteerd. Omdat de opdrachten beter zijn gestructureerd en zo aangeboden dat de leerlingen die ook in zelfstudie kunnen maken, houden docenten meer tijd over voor begeleiding, voor beter individueel maatwerk en voor activiteiten, zoals spreekvaardigheid, die beter in de klas kunnen plaatsvinden. Met N@tschool kunnen docenten onderscheid maken tussen onderdelen die via individuele studie geleerd/geoefend kunnen worden en onderdelen die zich lenen voor werk in de klas. Hierdoor wordt het leerproces effectiever. Werken met de ELO had ook meerwaarde voor het toetsen: Als leerlingen denken een onderdeel van de leerstof te beheersen, dan kunnen ze zich zelf overhoren met diagnostische toetsen, die ze maken waar en wanneer ze dat willen. De docent kan zien wat de leerlingen hebben gedaan omdat alle resultaten worden geregistreerd. Deze werkwijze maakt differentiatie mogelijk'.
 
Koos Boekensteijn is van mening dat een elo een vehikel is om informatie te presenteren. Communicatie en organisatie van het werk vinden vooral in de klas plaats. De meerwaarde van een elo boven een CD-ROM waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken zit niet alleen in de registratiemogelijkheden (docent kan volgen wat leerlingen doen) maar vooral ook in het feit dat de docent de informatie kan actualiseren en aanpassen. Hij kan gebruik maken van een ‘virtuele groepsruimte’ waarin leerlingen hun individuele producten uploaden en toegang hebben tot producten van anderen. Een bijna noodzakelijke voorwaarde voor de succesvolle integratie van een elo in de lessen is dat de docent over een beamer in zijn klaslokaal beschikt.
 

omhoog


© John Daniëls stuur een bericht aan het bureau LT