Natuur en Techniek bij de Onderwijsvernieuwingscoöperatie (5)
De Onderwijsvernieuwingscoöperatie.nl (OVC) wil scholen voor aanvang van het schooljaar 2009-2010 voor de eerste twee leerjaren van het VO gedigitaliseerd leerboekvervangend leermateriaal aanreiken. Voor leerjaar 1 hebben de leermateriaalarrangeurs (LMA’s) al heel wat in de matrix staan voor de uitprobeerfase. Docenten kunnen het leermateriaal van hun vakcollega’s beoordelen en eventueel voorzetten aan hun leerlingen (http://www.inhetonderwijs.com/showcontent/). In het domein Natuur en Techniek bevindt zich wiskunde voor de onderbouw.
In de Informatiebrochure 'Digitaal
leermateriaal arrangeren in de OVC' is hoofdstuk 6 gewijd aan Natuur en Techniek
en Wiskunde in de onderbouw. Er is uitgegaan van de
kerndoelen en de huidige leerstof van de basisvorming. De onderwerpen daarvan
werden verbonden met concrete thema’s, die in de matrix werden gezet. Alle
leerstof zoals die in de basisvorming wordt behandeld is in de thema’s
opgenomen.
’De projectgroep maakt leerboekvervangend leermateriaal dat enerzijds alle
kerndoelen dekt en anderzijds flexibel is in te zetten in iedere onderwijsvorm.
Met een eenheid kan 50 minuten leertijd of meer worden gerealiseerd. Of die
leertijd ingevuld wordt door middel van klassikaal onderwijs of in meer of
mindere mate door middel van zelfstudie, is afhankelijk van het
pedagogisch-didactisch systeem waar een school voor kiest. De geproduceerde
eenheden zijn op dit moment zonder aanpassing op HAVO en VMBO-T niveau te
gebruiken. Te zijner tijd zal in overleg met gebruikers, gewerkt gaan worden aan
aanpassingen van het materiaal waardoor het breed inzetbaar wordt in alle
schoolsoorten. Het materiaal heeft een vaste leerpsychologische opbouw:
oriëntatie, leerdoelen, aanpak, beginsituatie, leeractiviteiten, beoordeling,
reflectie’.
wiskunde
Wiskunde: Ruimte |
Leerjaar |
contacturen |
Leereenheid |
Ruimtefiguren |
1 |
2 |
Kubus, balk, prisma, hoekpunten, zijvlakken |
Inhoud balk |
1 |
1 |
Inhoud balk en kubus |
|
|
|
Bol, cilinder, kegel |
Pythagoras in de praktijk |
2 |
3 |
Pythagoras vervolg |
|
1 |
8 |
scherp, stomp, recht |
Aanzichten |
1 |
2 |
kijklijnen, kijkhoeken |
|
|
|
kijklijnen, kijkhoeken |
|
|
|
hoeken in een driehoek |
|
|
|
Pythagoras |
|
|
|
spiegelsymmetrie |
|
|
|
draaisymmetrie |
|
|
|
omtrek, oppervlakte, inhoud |
|
|
|
vergroten, verkleinen |
|
|
|
|
Positief_en_negatief |
1 |
1 |
positief/negatief |
Neg_opt_en_aftr |
1 |
1 |
opt negatieve getallen |
Neg_verm_getallen |
1 |
1 |
verm negatieve getallen |
Voorrangsregels |
1 |
1 |
voorrangsregels, |
Kwadraten |
1 |
1 |
kwadraten |
|
|
|
machten |
|
1 |
2 |
lengte |
|
|
|
oppervlakte inhoud, schaal |
Procenten |
1 |
1 |
procenten basis |
|
1 |
1 |
procenten rekenen |
|
1 |
1 |
kortingen BTW |
Zoals bij alle vakken geeft de matrix veel informatie over het
domein, de kerndoelen, de status van het
leermateriaal, het thema, de leereenheden, het leerjaar en niveau van de
leerstof, de benodigde contacturen en de leermiddelenarrangeur die
verantwoordelijk is voor de leereenheid.
Voor het eerste leerjaar laat auteur
Hendrik-Jan Timmerije de leerlingen
digitaal oefenen met o.a. ruimtefiguren. De leerlingen beginnen met zich te
oriënteren op het onderwerp. Ze krijgen een tekstje uit Wikepedia voorgezet
waarin ze enkele ruimtefiguren en de toepassingen daarvan moeten opzoeken. Als
voorbeeld krijgen ze mee de kubus met zijn toepassing de dobbelsteen.
Na de oriëntatie volgen de leerdoelen. Daar zien de leerlingen wat ze na de
lessen over een zestal ruimtefiguren hebben geleerd en wat ze ermee moeten
kunnen. Na de opdracht om de kenmerken van getekende ruimtefiguren te
bestuderen, volgt een korte cloze test waarin de leerlingen moeten aangeven
hoeveel hoekpunten een balk heeft, hoeveel vlakken en ribben een kubus
enzovoort. Ze kunnen de
duidelijk geformuleerde digitale opdrachten geheel zelfstandig uitvoeren. De
oefeningen zijn interactief zodat ze meteen kunnen zien of het gegeven antwoord
goed is of fout.
In de rubriek Training vinden de leerlingen de leeropdrachten, afkomstig van het bekende Freudenthal Instituut. Zo moeten ze als eerste opdracht van de gegeven veelvlakken bouwplaten maken voor een piramide, een kubus en nog één naar keuze. Ze krijgen een zogeheten Java-Applet voorgezet met de tekst: ‘kies met de knoppen een van de vijf platonische lichamen. Het lichaam wordt draaiend afgebeeld, met de rotatie-as loodrecht. Deze as kan naar keuze worden veranderd door de knop "Rotatie veranderen" aan te klikken. De kijkhoek is te veranderen door in het gelijknamige tekstveld "Kijkhoek" de waarde te veranderen: van 90° (recht van boven kijken) tot -90° (recht van onderen kijken). De animatie is te pauzeren, of weer op te starten, met de knop "pauze / verder". Bij Training 2 staat een Cloze-activiteit. De leerlingen bestuderen het Wikipedia-artikel uit Oriëntatie. Ze moeten de onbrekende woorden of getallen invullen in een gegeven tabel. Deze digitale driedimensionale presentatie en verwerking van de leereenheid over ruimtefiguren heeft het grote voordeel dat de leerlingen ook daadwerkelijk de ruimte zien en deze met hun muis kunnen manipuleren. Vanuit een leerboek en op een traditioneel schoolbord zou dat niet kunnen.
Pythagoras in de
praktijk
Auteur Jacqueline van de Lee-Bosch
laat de leerlingen zich eerst
kort oriënteren op de toepassingen van de oude stelling van Pythagoras. Hierbij
ontbreken ook de leerdoelen niet. Als warming up laat de auteur met een aantal
plaatjes zien dat je ‘Pythagoras’
overal tegenkomt. Na enkele interactieve vragen
over getoonde ruimtevormen, komt het echte werk. In 2 lesuren moeten de
leerlingen aan de computer zelfstandig en individueel vijf opdrachten op een
blaadje uitvoeren en inleveren bij hun docent. De opdrachten zijn alle uit te
voeren met de stelling van Pythagoras, zoals opdracht 2: ‘Een toren heeft een
plat dak in de vorm van een rechthoek. De zijden van die rechthoek zijn 7 bij 11
meter. In één van de hoeken is een antennemast geplaatst. Vanaf een punt, dat 14
meter boven het dak ligt, is deze mast door kabels met de drie andere hoekpunten
verbonden. Bereken de lengte van de drie kabels’.
Aanzichten
Onder het motto: ‘bekijk het eens van een andere
kant’, arrangeren de auteurs Jacqueline van de
Lee-Bosch en Tom de Koning leermateriaal waarmee de leerlingen interactief
individueel of in tweetallen aan de slag kunnen. Na de gebruikelijke onderdelen
>oriëntatie,
leerdoel,
aanpak, beginnen de leerlingen aan de 20 opdrachten van de oefening
‘huisjes draaien’, afkomstig
van WisWeb, de website van het Freudenthal Instituut voor het voortgezet
onderwijs. Daarna moeten de leerlingen zelf aanzichten bouwen. Ook deze
opdrachten zijn afkomstig van WisWeb.
In de eindtoets gaan de leerlingen aanzichten raden. Ook deze opdrachten komen van het Freudenthal Instituut. De leerlingen moeten het linker aanzicht zo draaien dat de figuur gelijk is aan dat van de rechter. Dan moeten ze wel onthouden hebben naar welke kant ze de figuur hebben gedraaid, want ze moeten daarna kiezen welk aanzicht dit is. Tenslotte mogen de leerlingen zelf in een extra opdracht een aanzicht van een voorwerp tekenen waarbij een ander moet raden wat dit is.
Positieve en negatieve getallen
Auteur Hendrik-Jan Timmerije laat de leerlingen na een korte oriëntatie op het onderwerp een starttest maken bij WisMaat, een verzameling digitaal leermateriaal, eveneens ontwikkeld door het Freudenthal Instituut. Als hun score 9 of hoger is, moeten ze dit aantonen met een schermafdruk daarvan. Bij een lagere score moeten ze extra oefenen om dan daarna in de eindtoets aan hun docent te laten zien dat ze daarvan iets hebben geleerd. Wie deze vorm van hoofdrekenen met negatieve en positieve getallen moeilijk vindt, kan eerst oefenen bij de heks, die met blauwe blokjes de temperatuur in haar ketel verhoogt en met rode blokjes deze verlaagt.
Na zoveel oefenen als nodig is om het rekenen met positieve en negatieve getallen onder de knie te krijgen, maken de leerlingen tenslotte een ‘zelftoets’, waarvan de score bepaalt of ze dit onderdeel naar behoren zelfstandig in opdracht van de leermateriaalarrangeur en met hulp van de WisMaat-docenten hebben uitgevoerd. De eigen docent kan aan de ingeleverde schermafdruk van de goede en verkeerde antwoorden van een slecht scorende leerling heel eenvoudig de foute gedachtegang van de leerlingen zien. Een leerling die bijvoorbeeld consequent de dubbele min in 0- - 9 verkeerd interpreteert en als uitkomst -9 invult, zal aan een korte uitleg van zijn docent genoeg hebben om deze fout niet meer te maken.
Een pionier
De OVC heeft als uitgangspunt het arrangeren
van bestaand digitaal leermateriaal en zou dus heel goed gebruik kunnen maken
van het werk van pionier Hanling Tan, docent wiskunde aan de
OSG De Meergronden in Almere. Hij onderhoudt voor
zijn vak de eigen website, die voor iedereen gratis toegankelijk is op
http://www.xs4all.nl/~sch80729/meergronden/wiskunde/index.html. In het rolmenu
links kunnen bezoekers een havo of vwo klas kiezen. Dat verschil bestaat niet
voor de eerste en tweede klassen. Na de keus voor een klas volgt die voor een
onderwerp.
Ook Hanling Tan heeft voor de 2e
klassers interactieve berekeningen geprogrammeerd die zijn gebaseerd op de
stelling van Pythagoras. De leerlingen vullen hun antwoord in online, kunnen het
controleren en zien meteen hun score. Het zijn oefeningen die de leerlingen zelfstandig en
individueel kunnen doen als aanvulling op die van de arrangeur van de OVC.
Hanling Tan vult zijn digitaal wiskundeprogramma nog steeds aan totdat het ook
leerboekvervangend zal zijn. Dat geldt ook voor het hele programma van Natuur en
Techniek van de OVC waarvan wiskunde voor de onderbouw slechts een onderdeel is.
(Wordt vervolgd)