Nieuwsbrief 5-2001
Omhoog Nieuwsbrief 1-2001 Nieuwsbrief 2-2001 Nieuwsbrief 3-2001 Nieuwsbrief 4-2001 Nieuwsbrief 5-2001 Nieuwsbrief 6-2001 Nieuwsbrief 7-2001 Nieuwsbrief 8-2001

Internet, maar wat kan de school daarmee? 

Internet biedt voor het onderwijs een schat aan documenten, die meestal zo maar voor het oprapen of in eigentijdse terminologie, voor het downloaden zijn. Veel van die documenten bevatten uitstekend lesmateriaal, dat in de klas op elk gewenst moment kan worden ingezet. Dat vraagt echter meer inspanning van de docent dan het leiden van de leerlingen van hoofdstuk naar hoofdstuk in het traditionele schoolboek. Het moderne vreemde talenonderwijs, met Engels aan de top, wordt natuurlijk het best bediend, maar ook voor de andere vakken is er voldoende informatie op internet te vinden, als je maar weet waar je moet zoeken. 

Hoe beginnen? 

In onderwijsland vind je profeten en realisten. De profeten prediken de weldaden van het wereld wijde web, de realisten beginnen met het stellen van vragen, zoals: waar vind ik dan dat bruikbare lesmateriaal? Past dat dan in de lesprogramma's van mijn klassen? Kosten het zoeken en downloaden daarvan me niet te veel tijd? Wat dragen de gevonden en aan de leerlingen gegeven internetdocumenten bij aan de voorbereiding van hun eindexamen?
Zinnige vragen waarop ik niet zomaar voor alle vakken een antwoord kan geven. Ik kan hoogstens wat nuttige adressen geven waar bruikbaar onderwijsmateriaal is te vinden en proberen aan te geven hoe dat kan worden gebruikt. 

De Digitale School
www.digischool.nl

Deze virtuele school was de eerste die heel serieus vaklokalen heeft ingericht waar collega's informatie kunnen vinden over hun vak en vooral ook links met lesmateriaal. In de Nieuwsbrief nr.3 van het Handboek studiehuis van april 2000 heb ik deze school uitgebreid besproken.
We zijn nu ruim een jaar verder en de school is van naam veranderd, gegroeid en daardoor nog meer de moeite van een bezoek waard. De volgende vaklokalen zijn er te vinden: Nederlands, Duits, Engels, Frans, Klassieke talen, Turks, Wiskunde, Natuurkunde, Scheikunde, Biologie, Geschiedenis, Aardrijkskunde, Economie, Maatschappijleer, Godsdienst & Levensbeschouwing, Verzorging, Informatiekunde, Algemene Natuur Wetenschappen, Culturele Kunstzinnige Vorming, Beeldende vorming, Techniek, Bewegingsonderwijs / l.o en Muziek.
Deze vakken worden bediend door enthousiaste docenten met belangstelling voor internet- gerelateerd onderwijs. Of hun didactische opvattingen overeenstemmen met die van de bezoekende vakcollega's zal moeten blijken. Voor leerlingen geldt een ander gebod: je zult niet klakkeloos het gepubliceerde werk van een ander overnemen en als eigen werk aan je docent aanbieden. Je scoort dan wel snel, maar je hebt niets geleerd.  

De OVVO
www.platformvvvo.nl

De OVVO is de Overkoepelende Vakinhoudelijke Vereniging van Voortgezet Onderwijs. De volgende vakverenigingen maken er deel van uit: 

De meeste van deze vakverenigingen hebben een website waar leden en belangstellenden alle gewenste informatie over het betreffende vak kunnen ophalen. Ze hebben vaak ook een tijdschrift dat gratis aan de leden wordt toegestuurd.
Het is onmogelijk om alle in de OVVO deelnemende verenigingen hier te bespreken. Ik kies er een paar uit om te laten zien wat deze docenten en leerlingen te bieden hebben. Voor de overige vakken weet de lezer dat hij terecht kan op www.platformvvvo.nl

Aardrijkskunde
www.knag.nl/

Een voortreffelijke website van het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap, waar alle mogelijke informatie over het vak is te krijgen. Wie klikt op de knop Onderwijs krijgt allerlei informatie over Aardrijkskunde in de basisvorming/vmbo, de 2e fase, over de examens, zoals de examendata, het programma voor de verschillende schooltypen enz. Er worden regionale examenbesprekingen aangekondigd, studiemiddagen, kortom alles wat een docent graag wil en moet weten.
Dan is er nog de knop Links waaronder een gigantische hoeveelheid informatie ligt verscholen. De leerlingen kunnen er ook terecht voor informatie, zoals de hyperlink voor Praktische informatie over het verzamelen en presenteren van buurtinformatie (opzet, data, tips en software), on-line te raadplegen ruimtelijke gegevens over Nederland. Verder kunnen docenten en hun leerlingen van hieruit doorklikken naar het aardrijkskundelokaal van de digitale school, waar 'naast uitleg over aardrijkskundige begrippen je hier gerubriceerde informatiebronnen aangeboden krijgt en ook de kans om - per e-mail - vragen te stellen'. Er wordt verwezen naar een website voor leerlingen uit de tweede fase en ook naar een site 'waar snel en gemakkelijk bevolkingspyramiden gemaakt kunnen worden voor veel landen voor de jaren 1979 t/m 2050'. Wie zich op zijn toekomst wil oriënteren, klikt door naar de klimaatconferentie in Wageningen. En er is nog veel meer te vinden, genoeg om een mensenleven lang met dit mooie vak bezig te zijn.  
 

Geschiedenis
http://www.vgnkleio.nl/

Dit is de website van de Vereniging van docenten in Geschiedenis en Staatsinrichting in Nederland (VGN). Ook hier weer zoveel hyperlinks met informatie en lesmateriaal dat je er een geschiedenisboek mee kunt vullen.
Zo is er de 'CSE-website van het Duitsland Instituut met lesbrief met gedigitaliseerde bronnen, een overzicht van geschikte links en ideeën voor het gebruik van internet in de geschiedenisles. Voor de leerlingen is er een interactieve tijdbalk van de Duitse geschiedenis na 1945 en zijn er CSE-dossiers over enkele onderwerpen uit deze periode. Verder kunnen zij hun kennis testen met een geschiedenisquiz. Bij het DIA is een lesbrief te bestellen hoe deze site te gebruiken tijdens de les'.
Geschiedenis.net bevat informatie voor docenten en leerlingen van het voortgezet onderwijs. De beheerder van de website stelt dat 'het internet boordevol met historische informatie staat, maar dat maar weinig materiaal bruikbaar is in de lessituatie. Vandaar dat hij op zoek is naar auteurs die bijdragen kunnen leveren. De informatie dient vrijwel meteen in de les te kunnen worden gebruikt'. Het is te hopen dat deze oproep succes heeft.
In de Digital classroom vindt de bezoeker 'een fantastische site voor het geschiedenisonderwijs, maar helaas alleen voor Engelstalige scholieren. Een digital classroom ingericht door het Amerikaanse rijksarchief. Ga eens kijken en geniet en realiseer u dan, hoe groot inmiddels de achterstand van het Nederlandse geschiedenisonderwijs is geworden! Natuurlijk moet zoiets ook hier van de grond komen'! Deze wens verdient alle mogelijke steun. Ook bij dit vak wordt weer een link gelegd naar het geschiedenislokaal van de Digitale school.
Dit is maar een kleine greep uit het totale aanbod aan internet-ondersteuning bij dit vak. In een aparte rubriek onder de kop Aanraders is voor docenten en leerlingen nog van alles te vinden.
En als ik zelf nog een aanrader mag toevoegen, dan verwijs ik naar de website van de Engelse vereniging van docenten Geschiedenis, te vinden op www.schoolhistory.co.uk/.

Er is lesmateriaal per leerjaar, zodat de Engelse collega's maar hoeven te klikken om hun leerlingen aan het werk te zetten. Met één klik krijg je een lijst te zien met alle door de BBC gemaakte producties die zo kunnen worden ingezet. Alleen in Engeland? Wie dat denkt, onderschat onze leerlingen. Scholen met tweetalig onderwijs, maar ook de gewone traditionele school, kunnen gewoon een vakoverstijgende link leggen tussen de lokalen Geschiedenis en Engels. 

De exacte vakken
http://www.nvon.nl

Natuurkunde, Scheikunde, Biologie en Algemene Natuurwetenschappen zijn ondergebracht bij de Nederlandse Vereniging voor het Onderwijs in de Natuurwetenschappen (NVON), ieder vak met een eigen website.
Ik koos Natuurkunde en klikte daar op 'links'. Deze stonden keurig naar onderwerp gerubriceerd te wachten op het bezoek van een docent of leerling. 

Nog meer Natuurkunde 

In de brochure ICT-Netwerken van docenten, uitgegeven door OC en W in samenwerking met het CPS wordt slechts één Nederlands netwerk besproken en dat is die van docenten Natuurkunde. Hun website is niet te vinden op het op pagina 18 van de brochure gegeven adres, maar op http://www.phys.uu.nl/~wwwnatdc/Home.html?  Daar vind men de NatDoc thuispagina voor en door Natuurkundedocenten. Het aantal aan het netwerk deelnemende docenten bedraagt al meer dan 200. Aan het adres is te zien dat deze leraren onderdak vinden bij de Universiteit van Utrecht, want ook het volgende vaklokaal is daar te vinden www.phys.uu.nl/~wwwnatdc/lokaal/lokaal.html.
Bij onderstaande onderwerpen vindt de bezoeker een groot aantal links met daarbij een korte verklaring. Hierdoor weet je of je er wel of niet moet gaan kijken.

Ook bij dit vak zullen docenten en leerlingen moeten beoordelen of alle onderwerpen leerzaam zijn en vooral of ze passen binnen het lesprogramma, zodat daarmee buiten het traditionele vaklokaal een bijdrage kan worden geleverd aan het natuurkundeonderwijs.
Studenten Natuurkunde van de Universiteit van Utrecht, maar ook de netwerkdocenten zijn bereid middelbare scholieren per e-mail bij te staan wanneer ze problemen ondervinden bij dit vak. Wat een internetverbinding al niet vermag! 

Levende Talen
www.levendetalen.nl

Dit is de website van de Vereniging van Leraren in Levende Talen. De VLLT bedient de secties Arabisch/Turks, Duits, Engels, Italiaans, Frans, Fries, Nederlands, NT2, Russisch en Spaans.
Bij elke taal staan afzonderlijk links die door de docenten van die talen zijn verzameld. De voor alle talen bruikbare websites staan bij elkaar in de rubriek links, die vanaf de indexpagina met een klik is te bereiken. De hieronder besproken media kunnen van daaruit gewoon worden aangeklikt. Die staan daar ten behoeve van de docenten, die van de traditionele werkwijze van tekstje lezen, vragen daarover laten beantwoorden, grammaticale structuurtjes uitleggen en oefenen, woordjes laten noteren en leren, enz af willen. Zij leggen het leerboek opzij en gaan, daarbij geholpen door hun leerlingen, op internetavontuur.  

Internetkranten 

De meeste kranten en tijdschriften in de hele wereld worden tegenwoordig digitaal opgemaakt en een deel daarvan wordt op internet gezet. Al deze internetpagina's worden per werelddeel, per land op een website bij elkaar gezet, waar elke bezoeker ze gratis kan lezen, kan opslaan en uiteraard als basis voor lesmateriaal kan gebruiken.
Uitgangsteksten in gedrukte leergangen van de moderne vreemde talen moeten minimaal vijf jaar meekunnen, dat beperkt de opnamekeuze. Internetkranten worden dagelijks ververst en bieden dus de actualiteit van elke dag.
Maar welke talendocent ziet kans om elke ochtend voor al zijn klassen van die dag een aan het niveau daarvan aangepast krantenartikel ter lezing aan te bieden? Misschien zou één artikel per week haalbaar zijn, maar dan nog blijft het probleem dat het aanbod gigantisch is en de moeilijkheidsgraad hoog.
Daar komt nog bij dat de hoofdartikelen van al die kranten en tijdschriften natuurlijk meestal gewijd zijn aan de dagelijkse kommer en kwel in de wereld, zodat leerlingen met drie talen in hun pakket alleen daarop getrakteerd worden. Dat lijkt me niet erg motiverend voor ze.
Buiten het onderwijs mag iedereen zelf uitmaken wat hij wel of niet wil lezen. Je leest de koppen en de eerste dik gedrukte alinea waarna je beslist of je wel of niet verder gaat.
Waarom dan niet ook de leerlingen voor vol aanzien en ze zelf het internet opsturen om met een tekst naar keuze terug te keren?
Uiteraard moeten ze vooraf goed weten bij welke media ze terecht kunnen en hoe ze daar aangekomen moeten zoeken. Een inleidend lesje daarover is dus noodzakelijk.
Om de docenten daarbij een beetje op weg te helpen, bespreek ik hieronder kort twee websites, beide met een enorm aanbod aan kranten en tijdschriften en tenslotte een programma met radiostations Windowsmedia.

KIDON MEDIA LINKS
www.kidon.com/media-link/index.shtml.

Je kunt een werelddeel uitzoeken en ook de taal, waarin je de documenten wilt lezen. Ook bij de werelddelen weer rolmenus met daarin alle landen waarvan documenten beschikbaar zijn.
Als je kiest voor Europa, dan vind je daar, zoals te zien op afbeelding 2, al 51 landen. Het getal achter elk land geeft aan hoeveel documenten in de gekozen taal kunnen worden opgeroepen.
Eenmaal aangekomen in het betreffende land, zie je alle publicaties in de gekozen taal en daarachter staat vermeld om welk soort documenten het gaat. Dat wordt aangegeven met de volgende afkortingen: AG = New Agency, MG = Magazine, IN = Internet, NP = Newspaper, RD = Radio, TV = TV, TT = Teletext, W = Weekly en M = Monthly. Een grote variëteit dus aan tekstsoorten die zijn te downloaden en die op de schoolcomputers kunnen worden gezet. Op afbeelding 3 is te zien dat in ons land de rij kranten wordt geopend met het Agrarisch Dagblad, in deze tijd van BSE en MKZ waarschijnlijk een vaak geraadpleegd medium.
 

ABYZ NEWS LINKS
www.abyznewslinks.com/

Deze website is een verzamelplaats van nieuws of zoals de Canadese webmaster schrijft: Abyz News Links is a portal to online news sources from around the world. It is primarily composed of newspapers but also includes many broadcast stations, internet services, magazines, and press agencies.
Je kunt bijvoorbeeld per regio of per land zoeken. Het verschil tussen de twee kolommen is niet geheel duidelijk. Zo vind je onder Europa in de linker kolom een aantal landen met onder more de overige, maar in de rechter kolom alleen Frankrijk, dat ook al in de linkerkolom voorkomt. Onder beide knoppen van dat land staan dezelfde landelijke en regionale bladen.
Klik je in de linkerkolom, bovenaan op All Countries, dan krijg je een lijst te zien met op alfabet de ruim 250 beschikbare landen met al hun media die zijn op te roepen. Vandaar uit kun je starten. Boven elk land staat de knop Codes, waarin de afkortingen tot twee letters van het soort medium en de gebruikte taal.
 

Samenvatten 

Ik ga ervan uit dat de leerlingen de opdracht hebben uitgevoerd. Ze hebben een tekstje gezocht op één van beide websites, ze hebben het gelezen en opgeslagen. Het meest eenvoudige voor de docent is dan dat de leerlingen even hun tekst in de doeltaal komen samenvatten. Niet voorlezen van een papiertje, hoogstens staan daarop wat sleutelwoorden. Het commentaar van de docent in de doeltaal is leerzaam voor de betrokken leerling. Maar ook voor de andere leerlingen van de klas.
Leerlingen die dit zo'n dertig keer in een leerjaar moeten doen met steeds langere teksten, leren daarvan beter  lezen dan van het maken van de oude mc-examens. De spreek- en luistervaardigheid bij het samenvatten en het ingaan op de kritische vragen van de docent zijn daarbij mooi meegenomen!

Internetradio
http://windowsmedia.com/radiotuner/default.asp

Ook dit adres is aan te klikken vanaf de website van Levende Talen. Je vindt er honderden radiostations die continu in de lucht zijn in meer dan 30 talen. Je kunt zoeken op taal, stations en genre, zoals klassiek, nieuwsradio, eigentijds voor jongeren of volwassenen enz. Voor de luistervaardigheidstraining heb je de oude cito-toetsen dus echt niet meer nodig! En ook nu weer is het zaak de leerlingen zelf op het luisterpad te sturen, want evenals lezen is ook luisteren een individuele bezigheid en daardoor geschikt voor het studiehuis.
De docent moderne vreemde talen hoeft niet precies te weten hoe hij de gewenste omroep aan het woord krijgt en hoe hij de beluisterde tekst moet opslaan, want veel leerlingen hebben ervaring met het downloaden van muziek, het opslaan en branden daarvan op CD. De uitleg over het gebruik van dit programma kan dus heel goed door een leerling worden gegeven of eventueel door de docent informatica. Daarna krijgen de leerlingen pas de opdracht om op luisterpad te gaan in de betreffende taal.

Experimenteren 

Individuele luistervaardigheidstraining via de internetradio. Lijkt mooi, maar het gebodene is soms zelfs voor docenten onverstaanbaar. Bovendien moet er maar net iets beluisterenswaardig zijn op het moment dat je inlogt. Je valt er middenin en weet niet waar het over gaat. Er zijn wel zenders die ook geschreven teksten op hun website zetten waarin wordt aangekondigd wanneer er wat te beluisteren valt. Die combinatie kan nuttig zijn. Maar dan nog! Want als een leerling aan zijn opdracht heeft gewerkt, hoe kan hij of zijn docent dan weten of hij daarvan iets heeft geleerd?
De schrijvende media veroorzaken weinig problemen voor gebruik in school, de radiozenders des te meer. Toch moeten we deze alternatieve luistertraining als remplaçant van de cito-toetsen van voorafgaande jaren, niet zonder meer afwijzen. Want ook bij gesproken teksten is de actualiteit natuurlijk niet te versmaden. Experimenten kunnen misschien de knelpunten wegnemen.
Bij een moeilijk verstaanbare taal als Frans bijvoorbeeld kan de combinatie klank en tekst uitkomst bieden. Om die reden is TV5 begonnen Franse films in het Frans te ondertitelen. Een geschreven naast een gesproken tekst biedt uitkomst en dat zou aan speciaal voor jongeren bedoelde radiozenders kunnen worden gevraagd.
Voor Frans zouden leerlingen bijvoorbeeld chansons kunnen beluisteren. Als ze weten welke artiesten op de radio zijn, kunnen ze op www.chanter.com  de teksten van de door deze ten gehore gebrachte liedjes ophalen en lezend beluisteren. Of dit in de praktijk zal lukken, moet worden uitgezocht.
Internetradio vanaf websites van de grote en kleine omroepen in de hele wereld kan, denk ik, een toekomst hebben voor het leren luisteren naar gesproken taal, maar hoe die radiosignalen de leerlingen bereiken en hoe vervolgens ter evaluatie hun docenten, staat me nog niet concreet voor ogen. Daarover zal moeten worden nagedacht en er zullen experimenten moeten worden gestart.

Nieuwsbrief mei/juni 2001

Terug


 © John Daniëls stuur een bericht aan het bureau LT