WERKPLAATS TALEN
VERENIGING VAN LERAREN IN LEVENDE TALEN
HET SKYPE PROJECT
van begin 2005 tot eind 2007
met een overzicht van wat is bereikt en wat niet
Skypende leerlingen van het Stedelijk Gymnasium in Leiden
Within a very short time, the European Union will undergo its most significant enlargement to date. The new Union will be home to 450 million Europeans from diverse ethnic, cultural and linguistic backgrounds. It will be more important than ever that citizens have the skills necessary to understand and communicate with their neighbours. Building a common home in which to live, work and trade together means acquiring the skills to communicate with one another effectively and to understand one another better. Learning and speaking other languages encourages us to become more open to others, their cultures and outlooks. The ability to understand and communicate in other languages is a basic skill for European citizens
Tussen mei 2005 en juli 2007 hebben de twee aan het Skype project deelnemende docenten Frans contacten gelegd en onderhouden met buitenlandse collega’s. Veel van die docenten bleken geïnteresseerd in deze door Skype geboden vorm van synchrone communicatie. Ze vroegen en kregen de nodige informatie, hielden soms een Skypegesprek, maar haakten uiteindelijk af. In die periode hebben ook enkele leerlingen Skypegesprekken gevoerd, maar niet als teleconferentie met vier leerlingen uit verschillende landen zoals de bedoeling was. Het uiteindelijke doel, zoals beschreven in het projectplan, is dus helaas niet bereikt. Toch wagen wij het van een waardevol project te spreken omdat het niet uitgesloten is dat wat ons team tot op heden niet is gelukt, over enkele jaren wel mogelijk is. Vandaar geen bescheiden stilzwijgen, maar een verslag van onze inspanningen waarin de nadruk ligt op de bijstellingen in het projectplan die nodig waren en zullen zijn om verder te kunnen gaan. De belangrijkste noodzakelijke tussenstap was het inzetten van een asynchrone communicatievorm: het voicemailboard. Daardoor kunnen we ook laten zien wat in het Skype-project wel is gerealiseerd en wat navolging verdient. Wij hopen dat andere talendocenten in dit verslag inspiratie en hulp vinden om verder te gaan waar wij zijn blijven steken.
September 2007
Elise Bouman,
Hans van Welsem
John Daniëls
Project spreek- en luistervaardigheid met SKYPE
1 Inleiding
De Europese Commissie
voelt zich verantwoordelijk voor de communicatie tussen haar 450 miljoen burgers
en wil dat deze de vaardigheden verwerven om elkaar te verstaan en zich
verstaanbaar te maken. Het leren en verstaan van andere talen moedigt ons aan om
opener te staan voor culturen en gewoontes van onze Europese medeburgers. Om
uitvoering te geven aan deze gedachte heeft de Europese Commissie de nationale
regeringen benaderd om initiatieven te nemen voor het verbeteren van de
taalvaardigheid van hun eigen burgers. In Nederland heeft OC&W het Nationaal
Bureau moderne vreemde talen benaderd om de Europese wens uit te werken in een
actieplan. Dit expertisecentrum heeft daarvoor de Werkplaats Talen (www.werkplaatstalen.nl)
opgericht. Deze organisatie werkte het actieplan uit in 14 thema’s (
bijlage 1).
Bij de uitvoering daarvan heeft de Werkplaats Talen ook de Vereniging van
Leraren in Levende Talen benaderd met het verzoek om projecten in te leveren.
Eén van de door Levende Talen ingediende projecten waaraan door de Werkplaats
Talen subsidie werd verleend was het Skype-project. Het doel daarvan was na te
gaan of deze vorm van internationaal confereren in de doeltaal leidt tot
verbetering van de spreek- en luistervaardigheid van de leerlingen (zie bijlage
2 voor de projectaanvraag).
Het project zou worden uitgevoerd door Hans van Welsem, docent Frans van het
Augustinuscollege in Groningen en Elise Bouman, docente Frans van het Stedelijk
Gymnasium in Leiden. Projectleider namens Levende Talen was John Daniëls, die
ook het verloop van het project heeft bijgehouden op zijn website.
Skype is een internetbedrijf dat zijn klanten gratis telefoondiensten aanbiedt
via Voice over Internet Protocol (VoIP). Je hebt alleen een computer met
geluidskaart en een koptelefoon nodig. Met Skype kunnen maximaal vier personen
een teleconferentie houden onder leiding van een voorzitter. Dit biedt
natuurlijk perspectieven voor het moderne vreemde talenonderwijs.
Het toepassen van VoIP in de synchrone communicatie in de doeltaal was begin
2005 volkomen nieuw toen wij begonnen. Daarom konden we ons van te voren niet
binden aan een projectplan waarin het gehele verloop wordt vastgelegd. We
dienden ons echter wel te houden aan de subsidievoorwaarden van de Werkplaats
Talen. Die verplichten ons tot een beperkte duur van het project tot november
2006 en tot het schrijven van een eindverslag. Toen bleek dat de deadline
hiervoor niet werd gehaald, dienden we op 1 december 2006 een voorlopig
eindverslag in (zie bijlage 3).
2 Stappenplan
We zijn gestart met een
stappenplan. Dat was nodig om belangstelling en medewerking te krijgen van
docenten Frans in binnen- en buitenland. Om die reden hebben we een stappenplan
in het Nederlands en Frans op de website van het project
gepubliceerd (zie bijlage 4). Al heel gauw bleek echter dat we ons er niet aan
konden houden en het moesten aanpassen.
2.1
Aanpassingen van het stappenplan
Bij het uitvoeren van een
project waarbij onze leerlingen en die van buitenlandse scholen met hun van
elkaar verschillende onderwijsniveaus en cultuur met elkaar synchroon via
computertechnologie moeten gaan communiceren in de doeltaal, moet je rekening
houden met problemen waarvan sommige niet kunnen worden opgelost. Het grootste
probleem is dat van de synchroniteit dat gelijktijdige aanwezigheid van de
Skypende leerlingen achter een computer vereist. Daar komt nog een technisch
probleem met Skype bij. Zo bleek uit de contacten met onze partnerscholen dat de
docenten vaak niet goed op de hoogte waren van de werkwijze van VoIP zoals dat
van Skype. Bovendien kun je Skype alleen installeren op computers met een
Microsoft besturingssysteem Windows 2000 of hoger. Veel computers op scholen
draaien nog op Windows 98 en die scholen vallen dan af. We hebben onze collega’s
zoveel mogelijk hulp geboden, zoals met het plaatsen op de website van een korte
Franstalige gebruiksaanwijzing van Skype en een verwijzing naar de website (http://www.skype.nl)
waar in alle mogelijke talen uitstekende informatie wordt gegeven over de
werking van Skype (zie bijlage 5).
En als al een docent van een partnerschool
technisch in staat is om met
leerlingen deel te nemen aan teleconferenties met Skype, dan doemt het al
vermelde probleem op: hoe krijgen de aan het project deelnemende docenten op
hetzelfde tijdstip vier leerlingen achter de computer met internetaansluiting
voor het oefenen van mondelinge taalvaardigheid met leeftijdgenoten in andere
landen van Europa? Dat kan niet tijdens al die verschillende lestijden, dus moet
het in huiswerktijd. Bovendien zijn we van mening dat je ook de docenten niet
moet belasten met het maken van die afspraken voor een Skype-conferentie, dat
moeten de leerlingen of zelf doen, bijvoorbeeld per e-mail of je moet het maken
van de afspraken automatiseren met bijvoorbeeld een te ontwerpen Conference
Manager.
Om te kunnen doorgaan met het project hebben we een asynchrone tussenvorm
bedacht waarin de leerlingen zelf afspraken kunnen maken voor het te houden
Skype-gesprek. Dat kan natuurlijk schriftelijk per e-mail, maar het project
draait om spreekvaardigheid. De tussenvorm moet dus ook gebaseerd zijn op
mondelinge communicatie. Die mogelijkheid bestond al enige tijd in de vorm van
het door Web in de Klas (www.webindeklas.nl)
ontwikkelde voicemailboard. Daarop kunnen de leerlingen in de doeltaal een
oproep plaatsen voor een Skype-gesprek. Ze beginnen natuurlijk iets over zich
zelf te vertellen. Zoals bij het bekende bulletin board komen de namen van de
leerlingen met hun reacties daaronder te staan. Wanneer er op die manier een
thread is ontstaan van 4 of 5 leerlingen, dan maken deze afspraken voor een
synchrone conferentie. Als het gaat zoals het zou moeten gaan, dan zit in elk
groepje een Franse leeftijdgenoot van een school uit Parijs, die de
gesprekspartners behulpzaam is bij de voorbereiding van de gesprekken, het
vaststellen van een onderwerp en eventueel bij de voor het gesprek nodige
taaluitingen.
Op dit adres
http://www.webindeklas.nl/mp3mail/bb/forum.php?board=5 staan de eerste
proefgesprekken in het Frans. We hebben ten behoeve van de buitenlandse docenten
Frans en hun leerlingen de knoppen in het Frans vertaald. Dan begint ook meteen
doeltaal – voertaalonderwijs (zie bijlage 6).
Het was de bedoeling dat we na de vrij simpele asynchrone proefgesprekken deze
fase zouden afsluiten met een nieuwe thread op het voicemailboard waarin enkele
leerlingen concrete afspraken zouden maken over datum en tijdstip van het eerste
synchrone Skype-gesprek. We hoopten met een precieze beschrijving van alle
stappen van deze pionierende deelnemers, ook groepjes leerlingen van andere
docenten Frans in Europa zover te krijgen om ook hun leerlingen aan het project
te laten meedoen. Via het Europees Platform, de talendocentenlijst, Levende
Talen, Workshops, artikelen in LTM , Etwinning, Mixxer, en andere
contactleggende media, zochten we naar partners (zie
bijlage 7). Het leverde tot
nu toe geen blijvende partners op.
2.2 Opnemen van de
gesprekken
De op
het voicemailboaerd gevoerde gesprekken worden automatisch opgenomen en bewaard.
Dat is ook nodig voor de evaluatie en correctie van de gemaakte fouten. De
leerlingen voeren op de afgesproken tijd gesprekken in de doeltaal. Omdat ze
hun Skype-gesprekken niet in
lesuur gebonden werktijd, dus buiten het zicht en gehoor van hun docenten
voeren, is een degelijke voorbereiding nodig en vooral een goede opnametechniek
van de gevoerde gesprekken. Daarom hebben we in het project ook onderzoek gedaan
naar de beste opnametechniek van de gesprekken. Van alle recorders bleek die van
Pamela (http://www.pamela-systems.com/)
de beste. Tegelijkertijd bleek het ook mogelijk om een Conference Manager
te laten ontwikkelen. Deze heeft het voordeel dat de opname van de
tele-gesprekken geheel is geautomatiseerd is (zie bijlage 8). Ontwerper Joost de
Vries van projectbureau Etine (www.etine.nl)
heeft echter de Conference Manager op het moment van verschijnen van dit
eindverslag nog niet voltooid.
3 Didactische aanpak
Natuurlijk hebben de
leerlingen taalmateriaal nodig om berichten op het voicemailboard te plaatsen en
Skype-gesprekken te voeren. Voor het voicemailboard moeten de leerlingen zich
kunnen voorstellen en de dagen van de week, de maanden en getallen vlot kunnen
uiten. Daarbij moeten ze ook met de klok overweg kunnen. Dit hoort tot de in de
meeste leergangen opgenomen leerstof en kan daarom klassikaal worden geoefend.
Daarna kan een pioniersgroepje beginnen met het plaatsen van de getrainde
boodschappen op het voicemailboard.
Als er reacties komen van de leerlingen van de buitenlandse partnerscholen, dan
kunnen dezelfde leerlingen de afspraken maken voor het eigenlijke Skype-gesprek.
Ook daar is taalmateriaal voor nodig dat klassikaal is geoefend, zodat alle
leerlingen er iets aan hebben. De onderwerpen hangen af van het niveau van de
leerlingen. Bij Engels zullen ze meer aankunnen dan bij Frans of Duits.
De synchrone en asynchrone teleconferenties vinden plaats buiten de lesuren.
Daarom is de opslag van de gevoerde gesprekken van zo’n groot belang. Er moet
controle zijn en een beoordeling. Op de beide proefscholen blijken leerlingen
nogal angstig te zijn om zich in de vreemde taal te uiten tegenover onbekende
leeftijdgenoten. Daarom is het aan te bevelen de leerlingen de mogelijkheid te
bieden zich wel of niet voor de gesprekken aan te bieden.
Buiten de leergangen is het benodigde taalmateriaal voor de asynchrone en
synchrone gesprekken ook te vinden op internet. De docenten van alle
partnerscholen kunnen daar gratis gebruik van maken. Voordeel ervan is dat het
materiaal Engels-Frans, Frans-Engels is geordend of Frans-Frans. In
gemeenschappelijk overleg tussen de aan het project deelnemende docenten zou dan
een keuze gemaakt moeten worden uit de lesstof die in grote diverse hoeveelheid
en meestal interactief te vinden is op de website Word Surfing (http://www.wordsurfing.org/4.html).
French Beginners (B) Intermediate (I) Advanced (A)
Vooral in het
archief van de BBC is heel goed bruikbaar interactief lesmateriaal te vinden. In
een artikel over Word Surfing te vinden op
http://www.internetonderwijs.net/artikelen2005/WordSurfing/ws.htm, heb ik
het lesmateriaal onderzocht en besproken voor de twee meest verwaarloosde
vaardigheden in het voortgezet onderwijs: spreken en luisteren. Ook al bereiden
leerlingen geen Skype-gesprekken voor, dan kunnen ze desondanks op Word Surfing
heel wat kennis opdoen.
3.1
Faciliteiten
De schoolleiding moet het oefenen van taalvaardigheid met het Voicemailboard
en Skype positief beoordelen. Het schoolmanagement moet niet alleen bereid zijn
de (geringe) kosten te betalen, maar ook steun verlenen aan docenten, die bezig
zijn met de didactische vernieuwing van hun vak. Daarmee kan de school zich ook
onderscheiden van andere scholen in de buurt. Faciliteiten in de vorm van een
verminderd aantal te geven lesuren zal docenten ertoe brengen zich in te zettten
voor de deze nieuwe vorm van taalonderwijs.
Bovendien slaagt deze werkwijze alleen als deze breed wordt gedragen door de
betreffende vaksectie. Een als eenling opererende docent wordt vaak als een
uitslover gezien en niet serieus genomen.
Voor de installatie van het voicemailboard, Pamela for Skype en de
Conference Manager is een systeembeheerder of een ict-coördinator nodig voor het
geval de leerlingen de gesprekken op school voeren en niet elders. Ook deze
functionaris moet het nut van deze werkwijze inzien, anders werkt de apparatuur
niet naar behoren.
Pionierende taaldocenten – en die zijn er – beschikken vaak over een computer,
internetaansluiting en een beamer in hun vaklokaal. Zij kunnen ter voorbereiding
klassikaal het voor de gesprekken benodigde taalmateriaal laten horen en zien.
Er is zoals blijkt uit Word Surfing op internet voldoende gesprekstof te vinden.
Daardoor kunnen deze docenten een driedeling maken in hun lessen: klassikale
voorbereiding, individuele, zelfstandig uitgevoerde asynchrone en synchrone
gesprekken en klassikale evaluatie van de gesprekken daarna, als de betreffende
leerlingen daar geen bezwaar tegen hebben.
4
Correspondentie
We
hebben twee jaar lang onderling veel gecorrespondeerd via e-mail, voicemailboard
en Skype, maar ook met in het project geïnteresseerde collega’s in het
buitenland. We hebben een groot deel van die correspondentie bewaard en in
bijlage 9 opgenomen, omdat daar goed uit is op te maken wat nu de problemen zijn
waar docenten, die met hun en onze leerlingen mondeling synchroon en asynchroon
willen gaan communiceren, mee te maken krijgen. Na een jaar corresponderen
kwamen de meeste problemen wel aan het licht. Hieronder een overzicht:
contact met scholen in Europa
o Auvergne: docent Jean-Marc en aantal leerlingen zijn bereid en enthousiast, techniek geeft veel problemen (pc crasht in vmb, Skype veel echo) en bovendien is het wachten op scholen anders dan Franse. Hans wil meer zekerheid over technische aspecten, want het moet nu liefst in één keer goed.
o Rochefort: via docent Eric Isnard zijn vier leerlingen bereid gevonden om te reageren op boodschappen van leerlingen van het AC, echter dit is nog niet gebeurd en Hans wacht op opheldering (email verstuurd naar Eric).
o Brussel: technische problemen, leerlingen in Nederland beschikken niet over een koptelefoon met microfoon. Op school blijkt het voicemailboard niet te gebruiken, er wordt niets opgenomen. Een tweetal Nederlandse leerlingen heeft een bericht in gesproken, maar krijgt geen antwoord omdat het in België niemand lukt om het aan de praat te krijgen. De docent in Brussel is een redelijke digibeet, dus alles loopt via mijn leerlingen. Volgend jaar zal er een jongere docent in Brussel mee gaan draaien die zeer veel interesse heeft in het project, wellicht kan hij ook meer voor ons betekenen voor het project. Daar op school bijvoorbeeld bleek de Windowsversie te oud voor vmb, vraag is of er geld beschikbaar is om de apparatuur daar op school te vernieuwen. Elise zal dat in de gaten blijven houden.
o Groningen en Leiden: docent Hans van Welsem heeft vier leerlingen bereid gevonden van de 12 (Ath.-5) om mee te doen. Zij hebben een bericht ingesproken op het vmb. Daarop zijn reacties gekomen uit Frankrijk van enkele leerlingen en de dochter van Eric. Op dit moment bouwen Elise en Hans met Henk (Groningen) en Sennae (Leiden) een ‘boompje’ op. Heel eenvoudig concept dus, want kennelijk kun je met een project als dit niet eenvoudig genoeg beginnen. Zij worden daarin niet begeleid door ons, om praktische redenen. De gesprekjes zijn dus vermoedelijk verre van foutloos, maar daar gaat het ook niet om. Dit betekent voor ons dus even afwachten. Wij hebben deze weken dagelijks contact per Skype om dit in de gaten te houden, want de tijd dringt. (zeker, John!)
o In de beginfase (herfst 2005) hebben meerdere docenten Frans, o.a. in Engeland en Spanje, interesse getoond, maar antwoorden op mailtjes naar deze collega’s liet erg lang op zich wachten of bleven uit. Het lijkt er op dat iedereen skypen een pracht idee vindt, maar de drukke dagelijkse bezigheden lijken voor velen een belemmering om er ook werkelijk tijd in te steken.
q Ondervonden problemen tot nu toe:
o Tijdprobleem lijkt voor velen in het onderwijs een belemmering. Dat geldt natuurlijk ook voor ons, maar wij maken er toch veel tijd voor vrij. Er is veel tijd gestopt in het experimenteren met geluid, in het zoeken naar partners voor het project, het oefenen met programma’s, de contacten met het systeembeheer op school, het doorspreken en oefenen in de klas en momenteel het begeleiden van Sennae en Henk en het uitzetten van de vervolgstappen.
o Technische problemen: hier hebben we heel veel mee te maken gehad
§ hoe een goede verbinding tot stand te brengen (spreken èn horen!), volumeregeling, mogelijkheden van een crash (in het buitenland lijken de dingen technisch soms anders te werken)
§ wat is een goed programma om mee op te nemen? Hotrecorder, Pamela, etc. (John weet er alles van ! Hans heeft diverse programma’s uitgeprobeerd, Elise heeft diverse programma’s bekeken en weer weggegooid, vanwege de grote hoeveelheid rommel die je er bij kreeg)
o Hoe overwin je de schroom van de leerlingen? Ze zijn ook wel bang om te spreken in een microfoon, maar de angst dat hun stem zomaar op Internet door iedereen is te beluisteren speelt ook mee! Ze laten dan weliswaar hun achternaam niet prijs, maar hun stem is door leerlingen van hun eigen school natuurlijk wèl te herkennen, zeker als ze hun voornaam noemen. We proberen dit nu op te lossen door het project eerst in zeer kleine vorm met enthousiaste leerlingen op te bouwen, zodat die daarna reclame kunnen gaan maken voor het project.
o Soms zit het hem in de wel heel erg kleine dingen: bijna geen leerling heeft thuis een headset met microfoon. Dit is natuurlijk op te lossen door de gesprekken op school te laten plaatsvinden, of door leerlingen een microfoon van school te lenen. Gebeurt natuurlijk ook, maar toch… In Leiden heeft de school nu een set uitleenheadsets aangeschaft voor leerlingen die willen deelnemen. Ook het VMB blijkt voor leerlingen thuis nog niet gebruiksvriendelijk genoeg te zijn. Het instrueren van Sennae per Skype duurde ruim een half uur. Een goede handleiding waarin ook mogelijke problemen met oplossingen beschreven worden is dus onontbeerlijk.
o Aanpassingen/veranderingen tijdens het project: de VMB kwam plotseling uit het niets, waar Elise en Hans wèl even aan moesten wennen, want het was toch eigenlijk niet ‘lekker-spontaan-kletsen-door-de-telefoon’. Achteraf vinden wij overigens dat John gelijk heeft gehad met deze stap. Een andere aanpassing was dat er voor de opnames gebruik zou worden gemaakt van een heel nieuwe structuur (bedrijfje in Haarlem). Hans zou daarover worden ingelicht, maar dat is tot nu toe niet gebeurd.
o Tot slot: wij denken dat de boom die door Sennae en Henk nu wordt opgezet zijn kans moet hebben. Wij willen graag nog even wachten met een afspraak te maken voor een filmpje. Het maakt ons nog wat onrustig. Wij doen ons best en hopen binnenkort wat concreter te kunnen zijn. Sennae heeft al aangegeven bereid te zijn om aan een filmpje mee te werken, maar ook zij vindt dat er dan wel eerst al een aantal maal geskyped moet zijn. Overigens denken wij dat wij het project zouden moeten verlengen om meer tijd te hebben. We hebben enkele dingen wellicht een beetje overschat. Voor ons gevoel zijn we na een aantal belangrijke voorbereidingen voor de vakantie (zoals het boompje van Sennae en Henk) nu bijna startklaar voor een echt projectje na de zomervakantie.
5 Workshops
en artikelen
Eén van de
subsidievoorwaarden was de het publiceren van de gemaakte vorderingen door
middel van workshops en artikelen. Hier hebben we aan voldaan.
5.1 de workshops (te vinden op
http://www.internetonderwijs.net/Workshops/workshops.htm
Spreekvaardigheid met Skype in: Ict-pioniers in het telenonderwijs, verslag van de conferentie van 25 en 26 november 2005 (uitgave NaB mvt, juli 2006, p.44 ev)
CPS op 16 mei 2006 over synchrone communicatie met VoIP en asynchrone met voicemail
Landelijke Studiedag 3 november 2006 over Skype-project
Goethe Institut op 1 december 2006 over Skype-project
CPS op 16 mei 2007 over Skype en andere communicatiemiddelen
5.2 de artikelen
In
bijlage 10 hebben we
drie artikelen opgenomen. De eerste is verschenen in Levende Talen Magazine
nummer 3 van 2005. Van de hand van Alessandra Corda verscheen in Levende Talen
Magazine van maart 2007 een artikel met de titel: Skype: niet alleen om de
telefoonkosten te drukken. Verder plaatsen we in deze bijlage nog een
artikel waarvan we de inhoud interessant vinden, Skype:
Disruptive Technologies for Language Learning, verschenen in
Language Learning & Technology
Vol. 9, No. 3, September 2005, pp. 9-12.
6
Conclusie
De ontwikkelingen gaan zeer snel in de computer-, telefonie- en
internettechnologie. Het zal dan ook niet lang meer duren of het bedrijfsleven
vindt het heel normaal dat al het personeel in staat is om via VoIP of mobiele
telefonie met beeld en geluid internationaal te communiceren en te
tele-confereren. De vraag naar spreekvaardigheid in de moderne vreemde talen zal
dan ook zeker toenemen. Scholen zullen daar op moeten inspelen door leerlingen
met nieuwe technologie vertrouwd te maken en door ze te leren om synchroon en
asynchroon mondeling te communiceren met tweede taallerende leeftijdgenoten in
het buitenland. Dit is ook wat we met dit project hebben beoogd, maar we hebben
het einddoel van de synchrone teleconferenties niet kunnen realiseren omdat we
daarvoor geen geschikte partners konden vinden. Dat hoeft niet te betekenen dat
dit dus ook nooit zal kunnen gebeuren.
Misschien hadden we ook beter kunnen overschakelen naar het internationaal meer
bekende MSN Messenger (http://services.nl.msn.com/messenger)
waarmee je nu ook, net als met Skype, videogesprekken kunt voeren. Wij hebben
veel tijd in het Skype-project gestoken en moeten dit helaas na ruim twee jaar
in september 2007 met dit verslag afsluiten.